Enkele Gedachten over de Verhullende Term ‘Stemmingsstabilisator’

Zoals wel duidelijk moge zijn bij het lezen van artikelen op deze site is de keuze voor het gebruik van bepaalde woorden van groot belang. Aanzienlijke krachten spelen een rol die ons vooral willen aansporen om te denken in termen van biologische afwijkingen en lichamelijke ziekten, terwijl termen als levensproblemen, verdriet, eenzaamheid, gevoel van falen, tijdelijke verwarring, zielspijn wellicht een veel realistischer verklaringskader bieden.

Zie voor herkomst afbeelding (1)

Oefenen met Balans – zie voor herkomst afbeelding (1)

Het is dan ook van belang om alert te zijn op allerlei manieren waarop mensen die het soms moeilijk hebben met al de uitdagingen van het leven – wie heeft dat niet af en toe? – worden gemanipuleerd om te gaan denken dat er sprake is van biologische oorzaken. Biologische oorzaken impliceren immers ook biologische remedies, zoals chemische preparaten die we eufemistisch aanduiden als medicijnen.

Wat me de laatste tijd opvalt is het groeiende gebruik van de term ‘stemmingsstabilisator‘. Zojuist verwees bijvoorbeeld een bezoeker van deze site, Jolanda, naar lamotrigine als stemmingsstabilisator (1). Laatst hoorde ik iemand spreken over het gebruik van een stemmingsstabilisator voor iemand die agressief was geworden.

Bij de term ‘stemmingsstabilisator’ krijg ik bijna een vriendelijke glimlach op mijn gezicht. Het roept bij mij haast warme associaties op met een liefdevolle wetenschappelijke basis. Als een moeder die haar kind even een extra knuffel geeft als ze het even moeilijk heeft.

De lievige associatie bij de term ‘stemmingsstabilisator’ lijkt haast te verhullen dat we hier toch gewoon ook te maken hebben met heftige middelen. Neem nu Jolanda’s tip ‘lamotrigine’: dat is eigenlijk vooral een middel tegen epileptische aanvallen (3). Stemmingsstabilisatoren tegen agressie zijn vaak gewoon heftige kalmeringsmiddelen, of antipsychotica.

Vanwege deze relatief prettige associatie bij het woord ‘stemmingsstabilisator’ loopt de term het risico om gebruikt te gaan worden bij vele medicijnen die invloed uitoefenen op de stemming. Zo zou je zowel antipsychotica, antidepressiva, anti-epileptica, angstremmers en kalmeringsmiddelen kunnen zien als een soort van stemmingsstabilisator: je stemming kan er immers wat neutraler en wat stabieler door worden.  Ik zou er dan toch vooral de voorkeur aan geven om zorgvuldiger met deze term om te springen en deze zeker niet te gemakkelijk te generaliseren.

Daarnaast zou ik mensen die  de gewoonte hebben opgebouwd om heftige stemmingswisselingen te hebben vooral willen aanmoedigen om technieken te leren waarbij ze met hun geest hun hersenen op een helende manier kunnen masseren (5). Laten we hopen dat we naar een tijd groeien waarin mensen vooral associaties krijgen als ‘achterhaalde chemische middelen uit het biopsychiatrische tijdperk‘ bij de term ‘stemmingsstabilisator’.

NOTEN
(1) http://home.scarlet.be/~stefanv2/ned_agility.htm
(2) https://psychoseanders.wordpress.com/2012/03/21/afbouwen-en-botsing-met-lithiumprotocol/#comment-2213
(3) http://www.fk.cvz.nl/Preparaatteksten/L/lamotrigine.asp
(4) http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/diversen/49007-stemmingsstabilisatoren.html
(5) Zie bijvoorbeeld: Rick Hansons Boeddha’s Brein: hoe mindfulness je hersens en je leven kan veranderen.

Het Nieuwe Diagnosticeren: de Constructieve Diagnose

Nu het aankomende psychiatrische kookboek (door sommige critici zelfs ‘het farmaceutische sprookjesboek’ genoemd)  DSM-V, volop in de belangstelling staat, kan het zinvol zijn om eens wat te reflecteren over alternatieven. Het Amerikaanse diagnostische handboek is verworden tot een ‘Boek der Ziekten en Stoornissen‘. Mensen die bij de GGz aankloppen hebben tegenwoordig een erg grote kans een door de verzekeraars verplichte (ietwat mysterieuze)  ‘hersenziekte diagnose‘  verstrekt te krijgen door de hulpverlener.

Op basis van deze hersenziekte-diagnose wordt vervolgens een behandeling uitgezet, het liefst zo eenvormig en ‘evidence-based’ mogelijk. Een behandeling waarbij (het vaak langdurig gebruik van) hersenbeïnvloedende chemicaliën veelal een onderdeel is.

Psychiatrische Hersenziektes Scheppen via Diagnoses

Psychiatrische Hersenziektes Scheppen via DSM-Diagnoses

Vanuit Psychose Anders kijken we op een geheel andere wijze naar ‘geestelijke problemen‘. Het gebruik van het medische model met haar ziekten en stoornissen wordt niet beschouwd als de meest gunstige metafoor. Sterker nog, het lichaam gebruiken als metafoor voor psychische problematiek zou wel eens een erg ongezonde en verlammende metafoor kunnen zijn (1).

Als je immers van buitenaf een bepaalde ‘hersenziekte’ zoals ‘schizofrenie’, ‘depressie’, ‘manisch depressiviteit’, ‘autisme’, of ‘ADHD’  aangepraat krijgt, is de kans groot dat je nog echt gaat geloven dat je een dergelijke hersenziekte hebt. Dat er dus ergens in de kern van je wezen iets volledig niet deugt, en dat het maar de vraag is of het ooit nog beter kan worden.

Zo kun je door een behandeling in de GGz een ziekte krijgen die dan wel niet zo dodelijk is als bepaalde vormen van kanker, maar die toch wel zo ernstig is dat een vergelijking met chronische ziekten als diabetes en M.S. van toepassing zou kunnen zijn, inclusief de verplichte medicatie om de ‘stoornis’ in bedwang te kunnen houden.

En tja, je kunt denken en doen wat je wilt, maar diabetes gaat er over het algemeen niet van over, en in hoeverre kun je zelf nog iets doen als je eenmaal zo’n gruwelijke stoornis of psychiatrische hersenziekte hebt opgelopen omdat dat nu eenmaal moet voor de GGz-dossiervorming en de declaratie bij de verzekeraar of uitkeringsinstantie?

Een weinig opbeurend traject staat je te wachten zodra je een DSM-IV/V ziekte hebt toegewezen gekregen. Zouden we met zijn allen niet iets kunnen verzinnen dat constructiever werkt?

DE CONSTRUCTIEVE DIAGNOSE

Stel je eens voor dat we dat medische denken met haar ziektes en stoornissen eens even helemaal opzij schuiven. In plaats daarvan gaan we kijken naar een mens die door allerlei omstandigheden tegen problemen is aangelopen die zo groot zijn geworden, of dreigen te worden, dat er wat gekke of rare dingen gebeuren. Of iemand dan heel zwaarmoedig, verslaafd, hyperactief, hallucinerend, verward reageert, is dan niet eens zo heel wezenlijk. Dat zijn immers pogingen om het hoofd te bieden aan deze grote stressbronnen.

we-can-do-it

Hierbij gaat het niet om een gestoorde dopamine- of serotonine-huishouding, maar gaat het om zaken als (liefdes)verdriet, schaamte, gevoelens van falen, rouw, negatief zelfbeeld, extreem positief zelfbeeld, verslaving, vernedering, eenzaamheid, leegte, pijnlijke onverwerkte trauma’s, schuld etc. Kortom, zaken die je als mens allemaal kunt tegenkomen in het leven, én wat heel belangrijk is: zaken waar je in principe ook iets aan kunt veranderen.

Als hulpverlener die zich aangesproken voelt om een constructieve diagnose te geven, wordt het dan zaak om inzicht te krijgen in dit soort menselijke thema’s. Hierbij dient dan vervolgens op een creatieve wijze gekeken te worden naar mogelijke manieren om de onstane stagnatie in het groeiproces van de betrokkenen te wijzigen. Het is niet de taak van de hulpverlener om alles op te lossen voor de cliënt.

Wel is het natuurlijk mooi als een hulpverlener (of een goede vriend, die kan net zo makkelijk de kunst van de constructieve diagnose  toepassen), zaken kan aanreiken waardoor de kans toeneemt dat de cliënt  de confrontatie met zichzelf aandurft. Dat een cliënt durft te overwegen bepaalde aannames te betwijfelen, bepaalde gevoelens toe te laten etc.

Ik ben daarbij geneigd om te denken dat hiervoor geen hoogdravende psychotherapeutische interventies nodig zijn, maar vooral veel kennis van de wereld, en kennis van de manieren waarop mensen met soortgelijke thema’s om zijn gegaan in het verleden. Door dan te verwijzen naar boeken, citaten, films, muziek, schilderijen, plaatsen, methodes, of mensen die raakvlakken hebben met die thema’s kan die persoon zelf proberen zich op een vrij natuurlijke wijze af te stemmen op de thema’s.

Stel je voor dat iemand in het verleden haar hart volledig heeft geopend voor iemand en daar is een krachtige liefdevolle relatie uit voortgekomen, die na enkele jaren later toch door overspel op de klippen is gelopen. Dat kan bij iemand zóveel pijn doen dat er een angst ontstaat om zich ooit nog werkelijk liefdevol te openen voor iemand anders. Zodra iemand dan verliefd lijkt te gaan worden kan iemand de ander gaan beleven als een duivel (soms symbool voor angst), iemand kan heel bang gaan worden, iemand kan heel depressief worden, of een ander duikt een verslaving in om maar te voorkomen weer die pijn te gaan voelen om afgewezen te worden.

zon-en-maan

Iemand die werkt met de contructieve diagnose methode gaat geen tijd verspillen met hersenziekte-diagnoses en mogelijke medicatie, maar die gaat die persoon verwijzen naar verhalen, romans, films, muziek waarin deze thematiek wordt verwerkt. Hij kan ook afhankelijk van de persoon en zijn wereldbeeld doorverwijzen naar bepaalde andere mensen, methodes, therapeuten of vrienden. Alles met de bedoeling de betrokkenen te inspireren, of in staat te stellen nieuwe zienswijzen of gedachten rondom het thema toe te laten. Bij de een raad je bepaalde nummers van Frans Bauer aan, en bij de ander verwijs je naar bepaalde teksten van Fiona Apple of Nick Cave. Voor de ene persoon werkt cognitieve gedragstherapie, terwijl de ander meer heeft aan psychosynthese of een cursus in wonderen.

Wat bovenal van belang is, is dat er werkelijk wordt geïnvesteerd in het wereldbeeld van de persoon, en op basis daarvan wordt verwezen naar ‘wijsheid’ waarin dergelijke thematiek wordt beschreven. Het impliceert dat de cliënt wordt gezien als iemand die te maken heeft met levensproblemen die heel normaal zijn, en al bestaan zolang de mensheid bestaat, en dat het een onderdeel van het leven is om te leren daarmee om te gaan, waarbij je de ‘multimediale’ vruchten kunt plukken van de mensen die eerder voor dat soort levensproblemen hebben gestaan.

Deze constructieve diagnose methode benadrukt dat het leven soms ook echt zwaar kan zijn, maar dat dat er nu soms eenmaal ook bijhoort in sommige fases. En dat we als mens het vermogen hebben om zelf weer de kracht te hervinden om het leven weer op te pakken. Hierbij is het van wezenlijk belang om te weten dat je een gezond mens bent, met een gezond paar hersenen, die hoogstens op een heftige manier kunnen reageren omdat je niet goed weet, of hebt geleerd, hoe je met bepaalde levensproblemen om kunt gaan.

Als je jezelf kunt liefdevol kunt beschouwen als een leerling van het leven, dan wordt het bestaan al meteen een stuk lichter, omdat je dan ook gewoon fouten mag maken, of mag toegeven dat je ook niet altijd weet hoe je met bepaalde dingen het beste kunt omgaan.

NOTEN

(1) https://psychoseanders.wordpress.com/2012/04/24/stoeien-met-metaforen-en-begrippen-4-manieren-om-te-kijken-naar-psychiatrische-symptomen/

Genezing?? Een waanidee!!

Hier volgt een tweede bijdrage van Christina:

Wat gebeurt er als je op een groot (Amerikaans) forum zegt dat je gelooft dat het mogelijk is om te genezen van de manisch depressieve stoornis?

De suggestie was dat het in een aantal gevallen mogelijk is om de medicatie af te bouwen en zonder symptomen een relatief goed leven te leiden.

Hier een overzicht van de reacties:

* Manisch depressiviteit IS niet te genezen.
* Manisch depressiviteit is een biologisch probleem dat met medicijnen moet worden behandeld, net als diabetes en kanker.
* Manisch depressiviteit is een ‘cyclische’ ziekte: het kan jaren goed gaan maar dat zegt niets; het kan tóch altijd weer terugkomen.
* Je mag niet op dit forum zeggen dat het mogelijk is zonder medicatie te leven want daarmee moedig je mensen aan om zomaar met de medicijnen te stoppen en dat is veel te gevaarlijk
* Pietje (Marietje, Klaasje) is met de medicijnen gestopt en meteen weer manisch geworden, heeft een Jaguar gekocht, zelfmoord gepleegd, enzovoorts.
* Jij bent niet manisch depressief als je zonder medicatie kunt.
* Je beledigt de manisch depressieve mensen op dit forum.
* Als je dat gelooft weet je te weinig over deze stoornis.
* Je hebt geen idee van het lijden van de manisch depressieve mens.
* Als je zonder medicijnen kunt ben je verkeerd gediagnosticeerd, óf je hebt slechts een heel mild geval van manisch depressiviteit.
* Het is niet waar dat jij zonder medicijnen kunt want je neemt soms nog een beetje seresta.
* Je kunt pas zeggen dat je genezen bent als je tien jaar totaal medicijnvrij bent en geen symptomen hebt gehad.
* Jij weet niet wat het is om een depressie te hebben.
* Dat je zegt dat het mogelijk is te genezen betekent dat je ons beschuldigt dat we niet hard genoeg hebben geprobeerd zonder medicijnen van onze problemen af te komen.
* Ik heb alles al geprobeerd en het werkt niet.
* Ik ken geen mensen die zonder medicijnen kunnen als ze manisch depressief zijn. (M.a.w. het kan niet).
* Je moet altijd ervan uitgaan dat je ziek bent en nooit denken dat je genezen bent.
* Als jij denkt dat je (aan het) genezen bent dan is dat júist een teken dat je ziek bent, het is een gebrek aan ziekte-inzicht.
* We hebben allemaal allang alles geprobeerd en het werkt niet, denk niet dat wij dom zijn.
* Ik geloof wel dat zelfzorg belangrijk is, gezond eten, beweging en zo…  ik zou misschien wel van de medicijnen af kunnen maar ik ben er te lui voor…
* Niemand vroeg verder uitleg over het idee van genezing.
* Niemand vroeg hoe het mogelijk is om zo ver te herstellen dat je de medicijnen kunt afbouwen; het lijkt of niemand geïnteresseerd is in hoe dat kan of hoe dat te bereiken.

Wat ik hieruit leer is dat er zeer veel geloof is bij deze mensen in de twee basis-uitgangspunten van de psychiatrie:

1. Manisch depressiviteit is een ziekte die niet over gaat en die steeds weer terug komt
2. Je moet levenslang medicatie gebruiken bij deze ziekte

Dit terwijl ik lees in het  boek ‘Anatomy of an Epidemic’ van Robert Whitaker, (en ook bij anderen) dat er eigenlijk nooit een goed bewijs is geleverd voor de theorie van de ‘chemische onbalans’ in de hersenen, de zogenoemde biologische oorzaak voor ‘psychiatrische ziekten’.

En dat de medicijnen die gebruikt worden in feite op de lange duur dezelfde symptomen kunnen gaan veroorzaken waar ze oorspronkelijk tegen gegeven werden. Zeker wanneer men stopt met deze middelen.
(Zie evt. (1))

Ik kan hier een paar van mijn eigen gedachten en ervaringen tegenover zetten:

* Misschien is het belangrijk om niet al te vaste waarde te hechten aan wat ‘de psychiatrie’ zegt en een open geest te houden ten aanzien van andere mogelijkheden. En misschien ben jij toevallig wel die ene persoon die wél geneest, of in elk geval flink vooruitgaat.

* Misschien is het wel niet zo belangrijk om je druk te maken over of manisch depressiviteit nu wel of niet genezen kan worden. Mogelijk is het belangrijker om je te focussen op innerlijke vrede.

* Misschien is het beter om niet de hele tijd af te zitten wachten en op te letten of er al een nieuwe episode van ziekte aan komt; mogelijk is het belangrijker je bezig te houden met activiteiten en mensen die je ‘voeden’ en energie geven.

* Het zou zo kunnen zijn dat je ‘krijgt wat je gelooft’. Als je heel vast gelooft dat je ziek bent en steeds nieuwe episodes van ziekte zult doormaken, zal dat zijn waar je op ingesteld bent en mogelijk zul je je dan zoveel zorgen maken, dat het bijdraagt aan nieuwe perioden van ziekte en moeilijkheden. Als je begint te geloven – of alleen maar te overwegen – dat je misschien wel kunt genezen, is dat een heel ander perspectief en mogelijk ga je dan meer aandacht geven aan alle kleine tekenen die mogelijk aangeven dat dit het geval is.

* Of je nu wel of niet medicijnen slikt; het is altijd mogelijk om zo veel en zo goed mogelijk aandacht te besteden aan hoe je leven is: Eet je gezond? Kom je regelmatig buiten in de frisse lucht? Heb je een netwerk van mensen om je te steunen? Heb je activiteiten die je voldoening geven? Doe je aan lichaamsbeweging? Zijn er dingen die je dwars zitten, emotioneel en psychisch, en die vragen om aandacht en een oplossing?

Als je op al deze terreinen goed voor jezelf gaat zorgen, kan het zijn dat er een moment komt waarop je het gevoel krijgt dat je de medicatie niet meer, of niet meer zo hard, nodig hebt. En is het misschien mogelijk om heel voorzichtig en met goede ondersteuning, te gaan afbouwen.

* Misschien is het wel zo dat juist als iemand te veel waarde hecht aan ‘medicijnvrij’ zijn, het mis gaat wanneer die persoon stopt met  de medicatie. Er zit dan namelijk zo veel lading op dat het té belangrijk wordt of het lukt of niet. Dit creëert ook weer spanningen. De beste houding zou weleens kunnen zijn: “ik probeer het, blijkt dat ik niet zonder medicatie kan, dan begin ik er weer mee”. En intussen zoals hierboven gezegd, aandachtig blijven werken aan het verbeteren van concrete terreinen van je leven.

* Misschien dat ‘herstel’ en ‘genezing’ wel heel veel te maken hebben met het aanleren van een (meer) ontspannen houding ten aanzien van het leven.

Zie ook gerelateerde artikelen:
De Mythe van de Chemische Onbalans in de Hersenen
Je Medicijnen kunnen je probleem zijn: beslis zelf
In de wurggreep van het Medische Model
Bang je Behandelaanbod te verliezen en de Patiëntenrol
Het belang van Ziekte-geloof

Voetnoten:
(1) http://robertwhitaker.org/robertwhitaker.org/Bipolar%20Illness.html en Anatomy of an Epidemic

Mechanische Asociale Associatie Gewoonte

INTRODUCTIE
Zoals de trouwe lezer van deze site wel duidelijk zal zijn, wordt er binnen dit project sterk getwijfeld aan de bruikbaarheid van het medische, lichamelijk-ziek model. Biedt een dergelijk model wel een constructieve benadering voor mensen die via allerlei onbewuste psychologische copingstrategieën soms tijdelijk de raarste dingen gaan denken of doen? (1)

Als je probeert bewust anders te praten over ‘psychotische’ verschijnselen dan is een goede stap om het woord ‘ziekte’ te vermijden, en wel vooral vanwege die enorme sterke connecties die het woord heeft met lichamelijke ziekten. Als mensen met psychotische verschijnselen niet lijden aan een bepaalde ziekte dan word je verplicht om andere termen te gaan gebruiken. Het zou immers nogal dom zijn om dan vervolgens ook maar te ontkennen dat mensen bepaald ongewenst gedrag kunnen vertonen.

In deze bijdrage wil ik een mogelijk alternatief jargon aandragen, welke misschien zinvol kan zijn voor sommige mensen. Er zijn vele manieren en redenen waardoor mensen soms ‘gek’ gedrag kunnen vertonen, waardoor er ook geen sluitend jargon is te vinden dat voor iedereen zal gelden. Het blijft dan ook wat zoeken.

NIET ZIEK, MAAR WEL KNAP IRRITANT
Het gebruik van de medische terminologie heeft allerlei consequenties die uitgebreid staan beschreven in allerlei artikelen op deze site (2). Eén ervan is dat mensen als een soort slachtoffer of patiënt kunnen worden gezien van een bepaalde mysterieuze aandoening. Hierdoor worden ze vaak niet helemaal serieus meer genomen, wat zo ook een effect heeft op de betrokkene zelf. Hij kan gaan denken dat hij er in feite niet zo heel veel aan kan doen, en de mensen om hem heen zouden ook kunnen gaan denken dat hij ook maar de dupe is van een ernstige psychiatrische hersenziekte.

Het medisch model kan er zo toe bijdragen dat mensen zó als zieke patiënt behandeld worden dat hun gedrag ook niet meer op een andere manier kan worden beleefd. Alles wordt gekaderd binnen het ziektedenken.

Neem nu een veelvoorkomend verschijnsel dat mensen nogal als een ongeleid projectiel aan het praten kunnen zijn. Soms kan het zelfs bepaalde vormen aan nemen waarbij gewoonweg iedere associatie die opborrelt meteen wordt uitgesproken. Vanuit het ziektemodel kun je dan spreken over een symptoom van een psychiatrische stoornis, maar waarom zou je niet gewoon spreken in termen van irritant gedrag?

MECHANISCHE ASOCIALE ASSOCIATIES
Laten we bij het voorbeeld van de ongeremde associaties blijven. Voor de betrokken persoon is het misschien allemaal best leuk en gezellig om zo in de aanwezigheid van anderen alle associaties die opkomen onmiddelijk te delen. Als dat ook nog eens in een snel tempo gaat dan hoef je eigenlijk alleen maar lui achterover te leunen om die mechanische stroom van vaak erg oppervlakkige, simpele en zelfs wat mechanische gedachten te laten gaan.

Misschien leuk voor jezelf, maar wel hoogst irritant voor de mensen om je heen. Dit gedrag kan er zomaar toe leiden dat mensen die zo verbaal associatief aan het overstromen zijn, worden gemeden door anderen. Dan kun je zielig vanuit het medische model gaan klagen dat mensen je mijden omdat je een psychiatrische ziekte hebt, maar wellicht is het dichter bij de waarheid om te stellen dat mensen je mijden vanwege je asociale, luie mechanische associatie diarree die je over hen uitstort.

Goed, ik overdrijf wat voor het effect, maar ik denk dat deze benadering in dit soort situaties heel wat constructiever is dan het ziekte-model.

Zo ontneemt het de wilde associatie-prater van het argument dat die gemene psychiatrie het verkeerd doet. Het is niet vreemd dat een wilde associatie-prater op een gegeven moment zó irritant wordt dat er moet worden ingegrepen. Helaas krijg je er binnen de psychiatrie dan al snel weer het medische model met de pillen erbij.

Zou het niet zinvoller zijn om die mechanische associatiestroom aan te pakken? Zou het zinvoller zijn als de betrokken persoon geen ‘ziektebesef’ ontwikkelt, maar eerder een besef leert dat hij een irritant denk- en praatpatroon aan de dag legt. Dat is geen ziekte, maar eerder een irritante gewoonte.

IRRITANTE GEWOONTE IPV PSYCHIATRISCHE ZIEKTE
Het voordeel van een irritante denk- of praatgewoonte is dat in principe een gewoonte is die dan ook met de nodige discipline en training af te leren is. Goed, als je je hele leven al op een bepaalde wild-associatieve manier denkt dan is het natuurlijk een flinke uitdaging. Zeker ook als je gelooft in het verschijnsel van de neuroplasticiteit: je hersenen zijn plooibaar en kunnen zich aanpassen aan nieuwe manieren van denken (3), maar ze hebben zich ook al aangepast aan bepaalde manieren van gebruik.

Voor het aanpassen van deze gewoonten moeten wel de nodige ingesleten patronen worden omgebogen, waarbij ik in eerste instantie zou denken aan allerlei meditatieve en cognitieve oefeningen. Misschien werkt het zelfs wel als je jezelf een flinke klap op de rug van je hand geeft als je jezelf opnieuw betrapt op het lui en mechanische associatief denken.

Hoeveel mensen zouden bereid zijn om over te schakelen van ‘Ik heb een Manische Psychiatrische Stoornis‘ naar ‘Ik denk periodes lui, mechanisch ongeremd associatief en ik laat het lekker gebeuren’?

VOETNOTEN
(1) https://psychoseanders.wordpress.com/beperkingen-van-lichamelijke-benadering-voor-de-geest/
(2) http://psychoseanders.yolasite.com/
(3) http://psychoseanders.yolasite.com/allerlei/neuroplasticiteit-en-zogenaamde-geestesziekten

Reïncarnatietherapie bij Psychoses

Na enige aarzeling besloot ik mijn zoektocht naar de mogelijke oorzaak van mijn veronderstelde ‘bipolaire stoornis’ uit te breiden tot minder vaak bewandelde paden. Na het lezen van enkele boeken van Michael Newton en Brian Weiss over het voor mij uiterst interessante onderwerp:  Vorige Levens,  ging ik op zoek naar een regressietherapeut bij mij in de buurt.

Ik stuitte al gauw op een prettige, heldere website waar ik tot mijn teleurstelling de volgende zin tegen kwam: ‘Deze therapie is echter niet geschikt voor mensen met een diagnose van geestesziek. Denk aan Psychotisch of Manisch.’

Ik besloot de regressietherapeute een e-mail te sturen en na wat van gedachten te hebben gewisseld, besloten we toch een afspraak te maken. In mijn omgeving reageerden de meeste mensen behoorlijk gereserveerd. ‘Is dat nou wel verstandig?’ en ‘Stel dat je ‘blijft hangen’?’

Tijdens onze ontmoeting, besloot ik dit laatste direct aan te kaarten want dat vond ik een beangstigende gedachte. De therapeute stelde me gerust en vertelde dat ze dat in haar praktijk nog nooit had meegemaakt. Ik voelde me op mijn gemak bij haar en na enkele vragen beantwoord te hebben, gingen we van start.

Ik was nerveus en nog steeds enigszins sceptisch maar tot mijn verbazing kwam ik inderdaad terecht in iets wat leek op een vorig leven. Ik was een man van rond de dertig en was de assistent van een machtige, rijke man. Het was vermoedelijk rond 1900 in Engeland en ik woonde met mijn vrouw ergens op het platteland.

Google 'English courthouse'

Later in de sessie zag ik mezelf gehaast en nerveus door een grote stad (Londen?) lopen op weg naar een groot, grijs gebouw met grote, ronde pilaren. Het was een gerechtsgebouw en het was de bedoeling dat ik voor mijn werkgever zou getuigen.

Hij werd beschuldigd van afpersing en was er volledig van overtuigd dat hem niets kon gebeuren. Ik zag hem minachtend en zelfverzekerd naar me glimlachen. Ik wist dat het niet uit maakte wat ik zou zeggen in mijn getuigenis; hij zou hoe dan ook vrijuit gaan. Er ging ergens een knop bij mij om en ik besloot mijn geweten te volgen.

Ik kon me er niet toe zetten deze criminele man te steunen. Ik wist immers dat hij schuldig was. Gehaast verliet ik het gerechtsgebouw. Ik voelde me angstig en onrustig en mijn gedachten sloegen op hol. Ik wist absoluut zeker dat ik mijn doodsvonnis getekend had door deze beslissing.

Later zag ik mezelf op een grasveld zitten waar ik langzaam weer tot rust kwam. Ik leefde nog steeds! Misschien was ik veilig en had ik de situatie toch verkeerd ingeschat? Op dat moment werd plotseling van achteren mijn keel dichtgedrukt en stierf ik.

Mijn laatste gedachte was dat ik heel graag had willen weten wie de persoon was geweest wie dit gedaan had. Zijn gezicht had ik namelijk niet kunnen zien.

De therapeute bracht me naar een voor mij veilige omgeving, en vroeg me nogmaals of ik de moordenaar kon zien. Ik was stomverbaasd! Het was D.!

D. had mij dertien jaar geleden getracht van het leven te beroven tijdens wat hij zelf (achteraf) een ‘drugspsychose’ noemde. D. herinnerde zich er niets meer van en ik had hem destijds vergeven. Hoewel dit misschien behoorlijk heftig klinkt, heb ik de afgelopen jaren nauwelijks aan dit voorval gedacht.

Ik meende dat het afgerond was en allang verwerkt. De herkenning van D. als mijn moordenaar in een vorig leven was een dusdanig ‘aha!’ moment dat ik direct wilde stoppen met de regressie. De therapeute overtuigde me er echter van dat we alles eerst rustig moesten afronden.

Ze bracht me terug naar mijn innerlijk en ik voelde dezelfde toegenomen spanning en energie in mijn buik en hart die ik meerdere keren heb ervaren voorafgaand aan een ‘manische episode of psychose’. De toegenomen hersenactiviteit en versnelde gedachten hebben we in deze sessie niet meer behandeld. Ik was moe en er leek nog een soort weerstand in mij aanwezig.

Achteraf bezien kan ik natuurlijk met geen mogelijkheid vaststellen of dit alles echt gebeurd is. Toch lijkt er in deze geschiedenis een bepaalde logica te zitten en het lijkt net of er bepaalde puzzelstukjes op hun plaats gevallen zijn.

De therapeute wist me te vertellen dat het heel goed mogelijk is dat in dat leven niet de orginele oorzaak besloten ligt van mijn ‘bipolaire stoornis’. Misschien ging die nog verder terug…

Ik weet het zelf natuurlijk ook niet maar omdat deze sessie voor mij een positieve ervaring was, zal ik in het nieuwe jaar zeker nog een afspraak met haar maken. (Er zijn overigens meerdere onbewuste patronen aan het licht gekomen gedurende deze sessie die ik hier niet verder zal benoemen. Ze hebben me in ieder geval meer inzicht gegeven in mijn familiebanden.)

Regressie en reïncarnatietherapie zijn – zover ik weet – absoluut geen gangbare therapievormen voor de behandeling van ‘psychoses’. Ik vermoed zelfs dat de meeste psychiaters dit ten stelligste zullen afraden. Maar omdat het mij een bevrijdend en zelfs helend gevoel gegeven heeft, vond ik het absoluut de moeite waard om deze ervaring hier te delen.

Hallucinaties: de visioenen en stemmen van schizofrenie en de bipolaire stoornis

Door:    Sean Blackwell (http://www.youtube.com/user/bipolarorwakingup)

Vertaald door:  Sharon

Dingen zien die niemand anders ziet

“Volgens het woordenboek van Cambridge, is een hallucinatie: wanneer je iets hoort, ziet of ruikt dat niet bestaat. En omdat het iets is dat niet bestaat, ziet de moderne psychiatrie dit als het betekenisloze, slecht functioneren van verstoorde hersenen; een gevaarlijke gebeurtenis die gestopt moet worden door het gebruik van medicatie. Op het eerste gezicht is dit heel logisch want als je dingen ziet die absoluut niemand anders kan zien, is de kans groot dat je aan een serieuze geestelijke ziekte lijdt. Tenminste, dat is wat ik dacht tot ik zelf een aantal hallucinaties meemaakte.

Tijdens mijn eigen bipolaire ontwaking, nu 13 jaar geleden, dwaalde ik letterlijk wat doelloos door een winkelcentrum tot ik het nummer ‘The Wanderer’ http://www.youtube.com/watch?v=FBtmaq0J2kU via de speakers van het winkelcentrum hoorde. Of zat die muziek in mijn hoofd? Tot op de dag van vandaag weet ik het niet.

En toen ik een paar dagen later op de vloerbedekking van een hotelbalzaal lag terwijl ik naar de witte lichten van een kroonluchter staarde, werd een licht in het midden van de kroonluchter opeens roze.

Daarvan weet ik zeker dat het een hallucinatie was maar voor mij was het op dat moment bepaald geen teken van geestelijke ziekte want toen ik door het winkelcentrum dwaalde en ‘The Wanderer’ werd gedraaid, gaf dit een soort betekenis aan de hele ervaring. En toen dat licht in roze veranderde, vatte ik dit op als de duidelijke boodschap van God dat een deel van mijn bipolaire ontwaking geëindigd was en dat ik op de één of andere manier een geschenk van liefde ontving.

Maar wat ik toen niet wist, was dat dit soort ervaringen gewoonlijk vaak voorkomen bij bipolaire mensen die subtiele, bijna vriendelijke hallucinaties ervaren die spirituele boodschappen lijken door te geven. Soms kunnen het geruststellende boodschappen zijn zoals het horen van de stem van God, Jezus of misschien die van een dood familielid die ‘ik hou van jou’ zegt.

Maar de boodschappen kunnen ook erg uniek en specifiek zijn. Een meisje dat ik ken hoorde een groep Vikingen ‘Happy Birthday’ voor haar zingen en liet haar op die manier weten dat ze opnieuw geboren werd.

Auditieve hallucinaties – stemmen – kunnen ook advies geven over hoe je je leven moet leiden. Zo werd bijvoorbeeld één meisje verteld haar dat ze haar huis op orde moest krijgen. Andere stemmen kunnen juist erg specifiek en pragmatisch zijn zoals; “Ga voorlopig door met het slikken van je medicatie,” zoals één persoon werd gezegd. En een ander werd eenvoudigweg verteld naar binnen te gaan omdat het buiten te gevaarlijk was.

Visuele hallucinaties kunnen dezelfde soort geruststellende of hulpverlenende boodschappen overbrengen en vaak worden deze boodschappen gebracht door spirituele boodschappers zoals engelen, heiligen of Jezus maar de boodschappen kunnen ook heel symbolisch zijn. Mijn nicht kreeg tijdens een massage een hallucinatie of visioen van een schelp die voor haar in het water dreef. Pas later kwam ze erachter dat haar masseuse Iemanjá, de Braziliaanse godin van de zee aanbad. Dus ook al bestaan ze niet voor anderen, kunnen de stemmen en visioenen die de psychiatrie vooral afdoet als hallucinaties, een betekenis voor ons hebben die we heel inspirerend zouden kunnen vinden.

Zoals je je misschien herinnert van mijn laatste video over paranoia, kunnen hallucinaties in tegenstelling tot deze vriendelijke gezichten die inspirerend zijn, je ook je rot doen schrikken. In feite zijn het dit soort tegengestelde auditieve hallucinaties die het meest geassocieerd worden met schizofrenie. De boodschappen kunnen behoorlijk destructief zijn en bijvoorbeeld vertellen dat je jezelf of misschien andere mensen zoals een ouder moet doden.

Een normaalgesproken verontrustende soort hallucinatie is wanneer iemand het gezicht van een persoon ziet transformeren tot het gezicht van iemand anders. Het was op het moment dat ik dit veranderingsfenomeen tegenkwam, dat ik de betekenis begon te zien van deze verontrustende hallucinaties.

Een man met wie we vorig jaar werkten, begon het gezicht van zijn dode ex-vriendin die zelfmoord had gepleegd te zien in het gezicht van zijn huidige vriendin. Toen hij later in het diepst van zijn bipolaire psychose uitgebreide conversaties begon te voeren met de geest van dit meisje die vertelde dat het tijd voor haar was hem te verlaten, begon ik me te realiseren dat verontrustende hallucinaties vaak gerelateerd zijn aan traumatische ervaringen.

Eigenlijk is het zoiets als het meedragen van een onopgeloste, traumatische kwestie in ons lichaam in de vorm van gevangen energie. Eckhart Tolle (www.eckharttolle.com) heeft hieraan gerefereerd als het ‘pijnlichaam’. Ieder van ons draagt een bepaald niveau van gevangen, traumatische energie in dit pijnlichaam.

Openstaan voor de mogelijke wijsheid van de Ziel

Maar als het loslaten van dit trauma absoluut van essentieel belang is voor de gezondheid van je ziel, zal de traumatische energie meestal een hallucinatie creëren in de vorm van een stem of een beeld dat je dwingt zijn bestaan te erkennen.

Op deze manier kan een hallucinatie simpelweg gezien worden als een krachtige droom die van het allergrootste belang is. Het is de boodschap van je ziel die eist om gehoord te worden.

En als het eist gehoord te worden, waarom lijkt het dan beangstigend of slecht te zijn? Meestal is het beeld een manifestatie van je eigen angst, zoals een droom die in een nachtmerrie verandert. En hoe angstiger je was tijdens het ervaren van een specifiek trauma in je leven, des te beangstigender zal de hallucinatie zijn.

Dr. John Weir Perry was de eerste psychiater die ik tegenkwam die de connectie beschrijft tussen begraven trauma en hallucinaties. R.D. Laing linkte schizofrenie al aan kindertijd trauma in de zestiger jaren. En meer recent is Dr. Rufus May, zelf een voormalig schizofreen, enigszins beroemd geworden door de documentaire “The Doctor who heares Voices”  waarin hij het idee verdedigt dat door therapie auditieve hallucinaties geheeld kunnen worden als je zorgvuldig aandacht schenkt aan wat ze te zeggen hebben.

En ook al heb ik me niet verdiept in formeel onderzoek naar de duizenden e-mails die ik de laatste twee jaar heb ontvangen, begon ik te verwachten dat mensen die sterke en beangstigende hallucinaties ervoeren, zeer vaak een hele moeilijke jeugd hadden waar fysiek en / of seksueel misbruik plaatsvond.

Bepaalde onderzoeken bevestigen deze hypothese. In 2006 rapporteerde www.pscychcentral.com dertien verschillende onderzoeksstudies die bewijzen dat tussen de 51% en 97% van de mensen die aan schizofrenie lijden lichamelijk of seksueel misbruikt zijn. Uit een Nieuw-Zeelandse studie bleek dat zeventien van de tweeëntwintig patiënten die tijdens hun kindertijd misbruikt waren, hallucinaties, waanideeën en / of gedachtestoornissen hadden – de voornaamste symptomen van schizofrenie. En tot slot vond de non-profit organisatie Intervoice www.intervoiceonline.org, die eveneens gelooft in het luisteren naar de stemmen van auditieve hallucinaties, dat 75% van de volwassenen en 85% van de kinderen ‘stemmen’ hoorden die direct terug te voeren waren tot specifieke trauma’s in hun leven.

Dus eerder dan hallucinaties beschouwen als betekenisloos omdat ze niet echt zijn, moeten we ze beginnen te zien als speciale boodschappers van onze zielen: Boodschappers die ons proberen te helpen helen.

Soms spreken ze tegen ons op zachtaardige, geruststellende manieren die ons inspiratie en leiding geven en op andere momenten kwellen ze ons vanwege het negeren van onze diepste gevoelens. In ieder geval moeten we, als we hopen te helen, beginnen met luisteren naar deze boodschappers en zorgvuldig aandacht besteden aan wat ze te zeggen hebben. Wat je zou kunnen helpen dit te doen, is ten eerste in gedachten houden dat de hallucinatie je nooit kwaad kan doen. Het is geen fysieke dreiging; het is een projectie van jou die symbolisch geïnterpreteerd moet worden en niet concreet.

Ten tweede; de donkerdere hallucinaties zijn hier niet om de echte jij te doden maar ze zouden wel je ego kunnen willen doden. En soms is het verschil moeilijk te onderscheiden. Dat is waarom het ware moed vereist je bezig te houden met deze spirituele krachten. Maar wanneer je het doet, is zoals bij alle aspecten van psychose de sleutel tot het helen van je hallucinaties, je aan hen over te geven.

Dus in plaats van jezelf te medicaliseren of te bidden dat ze weggaan, zou je misschien kunnen overwegen naar hen toe te gaan voordat ze naar jou toe komen. Om dit te doen kun je eenvoudig op je bed gaan liggen, heel stil worden en ze in je leven uitnodigen. Dan, wanneer je hun aandacht hebt, zou je met hen kunnen praten en je zou hen in op de eerste plaats kunnen vragen; “Wat doen jullie hier?!”.

Herinner jezelf eraan dat deze donkere energieën zich alleen maar voeden met jouw angst. Dus als je de moed kunt vinden om jezelf eenvoudigweg voor hen te openen, zal de liefde die voortkomt uit jouw openheid hen doen vertrekken. (Als je dit idee te beangstigend vindt, zorg er dan voor dat iemand bij je blijft voor steun. Het is altijd gemakkelijker dit soort dingen te doen met de hulp van iemand anders.)

Bij sommige mensen kunnen deze energieën, wanneer ze ons pijnlichaam verlaten, voelen als een waar exorcisme. Dit is wat één van mijn vrienden op www.newlightbeings.com te zeggen had toen haar demonen haar verlieten; “Ik zag altijd overal de zwarte schaduwen van monsters. Maar toen de demonen vertrokken, verdwenen ook de (ergste) visuele hallucinaties.”

“Het voelde zo puur toen ze uit mijn lichaam gezogen werden! Het was alsof al het vuil van de wereld diep in mijn ziel leefde. En het werd er krachtig en sterk uitgezogen.”

“Alles zag er helderder, vrolijker uit. KRISTALHELDER. Ik was een baby.”

En als je tenslotte de moed ontwikkelt die innerlijke demonen onder ogen te zien, zou je misschien het boek ‘The Red Book’ van Carl Jung willen bekijken.* Toen Carl Jung nog praktiserend psychiater was, begon hij zelf te lijden aan schizofrenie.

Illustratie uit het Rode Boek van C.G. Jung

Maar in plaats van psychiatrische behandeling te zoeken, begon hij een dagboek bij te houden waarin hij de intieme conversaties documenteerde die hij voerde met de verschillende entiteiten die hij in zijn eigen geest tegenkwam.

Het boek bevat ook veel afbeeldingen die Jung schilderde teneinde deze begraven delen van hemzelf te integreren. Ook al beschouwde hij dit boek als zijn beste werk, heeft hij het nooit gepubliceerd – wetende dat de wereld niet klaar was voor wat hij te vertellen had. Maar bijna vijftig jaar na zijn dood is het boek uiteindelijk in 2009 uitgebracht en het belooft één van de meest veelbelovende boeken te worden van onze tijd.

Dus het lijkt er zeker op dat wanneer het gaat om de spirituele rijken van onze eigen ziel, de wereld eindelijk wakker wordt.”

* Noot van de vertaler: het boek is helaas vrij prijzig. (165 euro)

Illustraties o.a. afkomstig van het Algemeen Dagblad en Kathrin in België

Na 7 Jaar zelfstandig vrij van Lithium: een afkickverhaal

Na enkele dagen terug de afbouwervaringen te hebben geplaatst van Q, kan ik vandaag de ervaringen delen van Sharon die na 7 jaar op eigen kracht erin geslaagd is geleidelijk haar lithium af te bouwen tot nul en er zich opperbest bij voelt.

Graag plaats ik op deze site meerdere ervaringen van mensen die op verantwoorde wijze afbouwen met hun medicatie (verantwoord wil overigens niet zeggen met steun van aanhangers van het medische model!)

Hieronder de bijdrage van Sharon:

Het afgelopen jaar heb ik zeer voorzichtig mijn lithium gebruik afgebouwd. Ik wilde  niet over één nacht ijs gaan en las o.a. de boeken van Peter Breggin. Ik was me er goed van bewust dat –ook bij kleine stapjes-  de symptomen van de allereerste ‘psychose’ konden terugkeren. Ofwel dat dit ontwenningsverschijnselen konden zijn van het ruim 7 jaar medicijnen slikken die de chemie in de hersenen veranderen.

Uit video van Evanescence - Lithium (link)

Afgelopen april had ik mijn inname afgebouwd van 800mg tot 200mg. Ik werd langzaamaan extreem gevoelig. Alle indrukken kwamen heftiger binnen, ik werd emotioneler en had het gevoel alsof ik 20 koppen koffie gedronken had. Signalen die erop wezen dat ik inderdaad misschien afstevende op een ‘ontwenningspsychose’.

Ik was er niet bang voor; ik was vastbesloten hierdoor heen te komen zonder verdere medicatie. Uiteraard wilde ik me dit mijzelf en mijn naasten liever besparen dus hield ik mijn gemoedstoestand goed in de gaten.

Het gebeurde toch… Mijn familie, die gelukkig achter mijn beslissing had gestaan de lithium af te bouwen, hield (van afstand) ook een oogje op me. Ik was er heel stellig in dat ik NIET opgenomen wilde worden in de instelling waar ik de vorige drie keer (gedwongen) beland was.

Dit waren voor mij traumatische en vernederende ervaringen geweest waar ik niet gehoord werd en waar anti-psychotica de enige ‘remedie’ was. Mijn familie bracht mij echter toch naar deze bewuste instelling om een gedwongen opname te voorkomen zo werd mij later verteld.

Nu was ik daar dus ‘vrijwillig’. Ik bleek niet in staat de juiste antwoorden te geven op de vragen van de psychiater en er werd enorm veel druk op me uitgeoefend om daar meteen maar te blijven. (Eigenlijk had ik in feite geen keus,  paradoxaal genoeg.)

Deze laatste opname heb ik als een ultieme verschrikking ervaren. Ik had inmiddels de nodige ervaring met gedwongen opnames maar nog niet met de ‘vrijwillige’. Het was ontzettend verwarrend voor me. Ik was daar ‘vrijwillig’ maar de deuren gingen op slot; ik mocht niet naar buiten en ik mocht ook niet weg.

Iedere dag werd ik op dwingende wijze door de verpleegkundigen toegesproken. Men wilde dat ik temesta zou slikken en door een arts-assistent werd mij dringend aangeraden Risperdal in te nemen. Ik weigerde.

Toen na een week een verpleegkundige de deur voor mij opende zodat ik een rondje buiten mocht lopen, ben ik op de bus gestapt en naar huis gegaan. Ik bleef voornamelijk binnen en worstelde mezelf door mijn ‘psychose’ heen zonder extra medicatie behalve de 200mg lithium die ik was blijven slikken.

Drie keer kwam er een verpleegkundige bij mij thuis om te kijken hoe het met mij ging. Ik vond dit een aantasting van mijn privacy, onnodig en wilde dit helemaal niet. Hierin had ik volgens hen ook al geen keus.

Alles bij elkaar duurde de ‘episode’ ongeveer vier weken en benaderde deze de heftigheid van mijn eerste ervaring van ruim 7 jaar geleden.

Ik bleef vastbesloten de rest van mijn lithium ook (voorzichtig) af te bouwen en sinds ruim vier weken ben ik volledig medicijnvrij. Ik voel me nu prima en ben voornemens nooit meer psychiatrische ‘medicijnen’ in te nemen.

Mocht ik onverhoopt plotseling slecht slapen, houd ik wel wat slaappillen achter de hand. Voldoende rust –zeker in dit stadium- beschouw ik als zeer belangrijk.

Mijn ‘vrijwillige’ opname heeft er helaas behoorlijk ingehakt. De teleurstelling in mijn familie die tegen mijn wil toch weer contact opnam met de psychiatrie en ik voel woede ten opzichte van mijn ‘behandeling’.

Hoewel ik steeds vertelde dat ik mijn lithium aan het afbouwen was en het toch als bekend feit verondersteld mag worden dat daardoor de symptomen opnieuw op zouden kunnen treden, werd mij in de inrichting deze keer verteld dat ik waarschijnlijk leed aan paranoïde schizofrenie in plaats van een zgn. bipolaire stoornis. (Dit laatste etiket werd mij de eerder opgeplakt ook al had ik nooit last van depressies.)

Ik ben er nu zelfs nog meer van doordrongen dat de reguliere psychiatrie mij alleen maar van de regen in de drup heeft geholpen en ik hoop dat ik er nooit meer iets mee te maken hoef te hebben.

Het contact met mijn familie is nu (tijdelijk?) beschadigd geraakt en heeft een hoop andere zaken van vroeger bovengewoeld. Ik voel me beter en helderder zonder lithium en ben nu op zoek naar een therapeut die mij o.a. kan helpen sommige dingen uit het verleden een plek te geven.

In tegenstelling tot de zgn. ‘wetenschap’ van de psychiatrie, heb ik wel veel vertrouwen in de kundigheid van psychologie.

Uit onderstaand interview met een Amerikaanse psycholoog die cognitieve gedragstherapie toepast bij mensen met andere staten van bewustzijn, blijkt onder andere dat het wel degelijk mogelijk is succesvol mensen bij hun proces te ondersteunen.

Hij benadrukt overigens dat het belangrijk is vooral GEEN therapeut te kiezen die het biologische model van de psychiatrie aanhangt; deze mensen blijven immers hangen in de overtuiging dat je een aangeboren hersenafwijking hebt en dat ze dus weinig tot niks kunnen doen.

Ik hoop dat ook in Nederland therapeuten te vinden zijn zoals deze Ron Unger….

Ik ben me er van bewust dat ik er nog niet helemaal ben maar dat ik het ergste waarschijnlijk gehad heb en dat niets mijn verdere proces in de weg staat. Ik heb er alle vertrouwen in dat ik uiteindelijk een wijzer, spiritueler en meer liefdevol mens kan worden en hoop dat ik in de toekomst wellicht andere mensen kan helpen die worstelen met hun ‘diagnose’ en het afbouwen van hun medicijnen.

Psychose of Spiritueel Ontwaken?

Hieronder volgt een vertaling door Sharon van drie video’s (zie onderaan bericht) van Sean Blackwell (www.bipolarorwakingup.com).

“In 2007 ging ik van start met een missie. Een missie om een simpele vraag te beantwoorden; wat is het verschil tussen een spirituele ontwaking en een bipolaire stoornis? En nu, eindelijk, na bijna drie jaar van onderzoek, duizenden e-mails en reacties, na twintig verklarende slide-show video’s over dit onderwerp alleen al, kan ik eindelijk mijn definitieve antwoord met je delen. En dat antwoord luidt… Dat ik al die tijd de verkeerde vraag gesteld heb.

Maar zoals je zult zien, struikelde ik terwijl ik trachtte de verkeerde vraag te beantwoorden, uiteindelijk over de goede. En daarmee denk ik dat ik een absolute doorbraak heb gevonden met betrekking tot hoe we als maatschappij zowel bipolaire stoornissen als spirituele ervaringen anders kunnen bekijken.

Een doorbraak die uiteindelijk kan leiden tot de heling van duizenden mensen. Niet alleen van een bipolaire stoornis maar ook van schizofrenie en vele andere geestelijke stoornissen.

Voor ik ook maar iets wist van de bipolaire stoornis, zocht ik naar een klinisch begrip van mijn eigen spirituele ontwaking kort nadat het gebeurde nu ongeveer tien jaar geleden. Destijds ontdekte ik het werk van Stan Grof. En volgens Grof is er een aandoening die zeer veel lijkt op geestelijke ziekte maar die uiteindelijk kan leiden tot een spirituele doorbraak zoals ik die had. Hij noemde deze aandoening een ‘Spiritual Emergency’.

Terwijl ik zijn boek ‘The Stormy search for the Self’ las, vond ik uiteindelijk een aantal bevestigingen voor wat maar weinigen geloofden; namelijk dat wat ik had meegemaakt inderdaad spiritueel van aard was en géén geestelijke ziekte.
Aan het eind van zijn boek heeft Grof een appendix toegevoegd waarin mensen kunnen bepalen wat het verschil is tussen schizofrenie en een werkelijke ‘Spiritual Emergency’.

Hier zijn enkele criteria voor een ‘Spiritual Emergency’;

– Onderzoek toont geen pathologie of ziekte aan die het brein aantast
– Het intellect en geheugen worden uitgedaagd maar blijven intact
– Adequaat sociaal functioneren en gezonde relaties vóór de episode
– Genoeg vertrouwen om te kunnen communiceren en mee te werken gedurende de episode
– Er is geen sprake van zelfdestructief, agressief gedrag of terugtrekking
– Het gevoel dat er iets belangrijks, helends en zelfs spiritueels gebeurt
– Spirituele thema’s zoals geboorte / dood zijn aanwezig in de ervaring

Omdat mijn ervaringen voldeden aan alle criteria van Grof, heb ik gedurende tien jaar verondersteld dat mijn ervaring en die van mensen met een geestelijke ziekte compleet verschillend waren.

Toen mijn nicht Anna echter een ervaring had in 2007, was ik getroffen door de gelijkenis van haar ervaring aan die van mijzelf en raakte ik ervan overtuigd dat zij ook een ‘Spiritual Emergency’ had doorgemaakt. Zelfs toen haar psychiater haar medicatie voorschreef voor wat hij zelf zag als een geestelijke ziekte – hoogstwaarschijnlijk een bipolaire stoornis.

Naar aanleiding hiervan startte ik met dit onderzoeksproject en met het maken van youtube video’s om mijn verhaal te delen. Toen de reacties binnen begonnen te stromen, realiseerde ik me dat duizenden mensen die als bipolair gediagnosticeerd waren, verhalen hadden die gelijk waren aan die van mij en even goed aan Grofs criteria beantwoordden met betrekking tot een ‘Spiritual Emergency’.

En dat niet alleen want toen ik begon met het produceren van theoretische series van video’s over wat er eigenlijk gebeurt met iemand wanneer ze een ‘Spiritual Emergency’ hebben, realiseerde ik me dat veel van ons dezelfde diepgaande spirituele thema’s beleven ten tijde van onze ogenschijnlijke waanzin.

Zowel een ‘Spiritual Emergency’ als een bipolaire manie kunnen een gevoel teweegbrengen van kosmische eenheid, een gevoel van tijdloosheid, je kunt het gevoel hebben van alwetendheid, universele kennis, een diep gevoel van heiligheid, er kan sprake zijn van spirituele ‘visioenen’, (die een psychiater hallucinaties zal noemen) je kunt denken dat je droomt of in een film zit, dat je getest wordt door God, dat je de Messias bent, een profeet of een heilige of dat je dood bent, stervende of opnieuw geboren wordt. En dit zijn slechts een paar van de veel voorkomende ervaringen waarmee bipolaire mensen zich identificeren in mijn video’s.

Echter, sommige van deze mensen kunnen zich absoluut niet identificeren met deze ervaringen. Niet alleen haten ze mijn video’s; ze haten mij voor het maken ervan.

– “Wat is er zo spiritueel aan het willen vermoorden van mijn katten?,” vroeg iemand mij.
– “Je moet je hiervoor verantwoorden aan Jezus,” zei één vrouw.

Blijkbaar is het voor sommige mensen met een bipolaire manie een antispirituele ervaring. Sommigen lijden aan zeer demonische hallucinaties en anderen verduren ernstige paranoia of diepe gevoelens van woede. Voor mij leken deze mensen eerder ervaringen te hebben die ik altijd beschouwd had als behorend bij schizofrenie.

Maar wat misschien wel het vaakst voorkwam, waren niet alleen deze zeer spirituele, positieve ervaringen of de diepe, angstige, pijnlijke ervaringen.
Een gemengde episode leek het vaakst voor te komen. De meeste mensen ervoeren beide zijden van het spectrum; de liefde EN de angst, het geluk EN de pijn. Het goed EN het kwaad.

Het leek erop dat in plaats van dat er een scheiding tussen een ‘Spiritual Emergency’ en een bipolaire stoornis zou zijn, er een spectrum bestaat van ervaringen van mensen die gedomineerd worden door liefde en zij die gedomineerd worden door angst.

De meeste mensen hebben een gemengde episode die ergens in het midden ligt. Een mix van liefde EN angst. En dat niet alleen; het spectrum verloopt van een ‘Spiritual Emergency’ naar een bipolaire stoornis helemaal tot aan schizofrenie zonder definitieve scheiding tussen deze drie.

Het kwam hierdoor dat ik ervan overtuigd raakte dat de drie ervaringen waarvan ik altijd zeker was dat ze compleet gescheiden van elkaar bestonden, eigenlijk allemaal deel uitmaken van hetzelfde spectrum van ervaringen.

Op dat moment realiseerde ik me dat mijn originele vraag nergens toe leidde. Ik zou nooit een duidelijke, kenmerkende scheidingslijn vinden tussen een spirituele ervaring en een bipolaire stoornis.

Terwijl ik me realiseerde dat ik van richting moest veranderen, begon ik de juiste vraag te stellen. En die vraag luidt; als ervaringen van een ‘Spiritual Emergency’, bipolaire manie en schizofrenie allemaal deel uitmaken van hetzelfde spectrum, wat zijn dan de hoofdfactoren die bij iemand leiden tot een meer positieve, negatieve of gemende episode van ‘psychose’?

In de tijd dat ik het werk van Grof bestudeerde, bestudeerde ik tevens het werk van Ken Wilber. En dankzij Wilber werd ik me bewust van een ander type spectrum dat hij het ‘Spectrum van Bewustzijn’ noemde.

Zoals het ernaar uit ziet, hebben mensen in een psychose ervaringen die variëren van het zeer angstige tot het zeer liefdevolle en evolueren we volgens Wilber eigenlijk van een gesloten, angstig bewustzijn tot meer open en liefdevolle niveaus van bewustzijn.

Bij het herkennen van deze parallel tussen het spectrum van psychoses en het spectrum van bewustzijn, begon ik me af te vragen of ze niet op de één of andere manier met elkaar overeen kwamen.

Ofwel; zouden mensen met een hoger of liefdevoller niveau van bewustzijn een spiritueler type van psychose ervaren terwijl mensen aan de lagere kant van bewustzijn angstigere, schizofrene typen van psychoses ervaren? En het belangrijkste; zouden mensen in het midden  – het type bipolaire psychose -, vooral gemixte of gemengde episodes hebben?

Om te zien of deze theorie enige bruikbare waarde had, was het voor mij het lastigste om te bepalen of schizofrenie gelinkt was aan de lagere niveaus van bewustzijn. Dat kwam voornamelijk omdat ik niet echt contact had met mensen met ernstige schizofrenie; de mensen die waarschijnlijk vele maanden of jaren doorbrengen in psychiatrische inrichtingen.

Maar na een aantal jaren van onderzoek en veel lezen, vond ik een aantal overeenkomsten tussen de manier waarop mensen met een lager niveau van bewustzijn denken en hoe mensen met schizofrenie denken.

Samen met beangstigende levenservaringen waar ik eerder al over gesproken heb, is waarschijnlijk de belangrijkste overeenkomst dat beide groepen hallucinaties hebben. Er is zelfs een zeer interessant boek over geschreven door ene Julian Jaynes, getiteld; ‘The origin of consciousness in the break-down of the bicameral mind’. In dit boek legt hij onder andere uit dat mensen vanuit het tribale niveau van bewustzijn, evenals mensen in de eerste niveaus van beschaving, (mensen in het feudale niveau) niet worden bestuurd door hun eigen geest maar door de commanderende stemmen en visioenen van de goden. Sterker nog;  visioenen en stemmen horen waren normaal in het oude Egypte, Griekenland, India en in de inheemse stammen over de gehele wereld. Bewijzen van deze gemeenschappelijke natuur kunnen gevonden worden in de eerste boeken van het oude testament, delen van de Griekse Ilias en in de Hindu-Veda’s.

Hallucinaties waren zelfs zo overheersend in deze oude beschavingen dat Jaynes schreef; ‘Volgens onze theorie kunnen we stellen dat vóór het tweede millennium voor Christus iedereen schizofreen was.’

En evenals bij ‘primitieve’ mensen met hallucinaties, interpreteerde men het visioen concreet; nooit symbolisch. Dus die engel die ze zagen of hoorden, verscheen even echt voor hen als de hand voor hun gezicht.

Vanwege deze concrete manier van het interpreteren van realiteit, zoals wanneer deze mensen op dit niveau van bewustzijn een godachtige ervaring hadden, was het voor hen normaal om te denken dat ze de exacte reïncarnatie waren van Jezus Christus met macht over anderen.

Ik weet dat dit hoogst irrationeel lijkt maar je moet begrijpen dat in beide groepen de realiteit wordt gezien als een volledig magische plaats. Zoals ik heb uitgelegd in mijn video’s over tribal bewustzijn, zijn de innerlijke en uiterlijke wereld zowel bij schizofrene als bij tribale mensen gefuseerd en zijn deze mensen hoogst bijgelovig.

Met een brein dat op deze manier werkt, is het geen wonder dat beide groepen een diepe angst en respect hebben voor kwaadaardige geesten, duivels en demonen. Het is waarlijk een brein waar iedere angst die je hebt tot leven wordt gebracht.

Ofwel; als iemand zich in een lager niveau van bewustzijn bevindt of lijdt aan schizofrenie zien we iemand die in zijn eigen wereld leeft; iemand die de wereld vanuit één perspectief ziet.

De film ‘The Soloist’ met Jamie Fox en Robert Downey Jr geeft een zeer eerlijk beeld van hoe geïsoleerd dit enkele perspectief van realiteit kan zijn. Fox speelt hierin een voormalig muzikant die nu in een wereld van schaduwen en potentiële dreigingen leeft als gevolg van zijn schizofrenie.

Zoals je in de film kunt zien, maakt één perspectief van de realiteit het zeer moeilijk om relaties te onderhouden omdat het bijna onmogelijk lijkt rekening te houden met de gedachten en gevoelens van anderen bij het nemen van beslissingen of het ondernemen van actie.

Als je alle overeenkomsten overweegt, denk ik dat het veilig is om te stellen dat er een heldere connectie bestaat tussen bepaalde soorten van psychoses en zogenaamde schizofrenie en de lagere niveaus van bewustzijn.

Voor mij luidde de vraag; zou ik een zelfde soort relatie vinden aan de hogere kant van het spectrum?

Het ‘Power of Now’ niveau en het postmoderne niveau zijn de meest open en liefdevolle niveaus van bewustzijn in het model. Deze niveaus hebben tevens een veel spirituelere (maar niet religieuze) visie op het leven die parallel loopt aan wat veel mensen in een ‘Spiritual Emergency’ ervaren; dat datgene waar ze in feite doorheengaan een spirituele ervaring is.

Dit zijn tevens de meest intuïtieve niveaus van bewustzijn waar mensen vaak hun puur rationele en logische denken overschrijven en in plaats daarvan op hun intuïtieve gevoelens vertrouwen. En dit sluit weer aan bij de intuïtieve interpretatie die mensen geven wanneer ze een ‘Spiritual Emergency’ doormaken; ze gaan door iets zeer belangrijks, een soort onverbiddelijk innerlijk proces dat gecompleteerd moet worden.

Ook zien beide groepen de realiteit als diep betekenisvol op een symbolisch niveau. Ze zouden bijvoorbeeld kunnen denken; ‘Dit ziet eruit als een hotel maar het voelt als het vagevuur.’ Of; ‘Hij ziet eruit als een veiligheidsbeambte maar hij lijkt een engel.’

Mensen in een ‘Spiritual Emergency’ zijn – in plaats van gebombardeerd te worden met verontrustende, concrete gedachten en hallucinaties zoals bij schizofrenie – , vaak op een plezierige manier verbaasd door ontstellende synchroniciteiten. Vooral door boodschappen die worden ontvangen via de televisie, muziek of andere symbolische communicatie die specifiek aan hen gericht lijken te zijn.

Maar zoals mensen met een hoger bewustzijn natuurlijk wel weten, zijn synchroniciteiten niet alleen voorbehouden aan mensen die een psychose doormaken. Veel postmoderne, spirituele boeken zoals ‘De Celestijnse Belofte’ benoemen het belang van synchroniciteiten in ons dagelijks leven. Globale kwesties zoals armoede, het milieu, oorlog of racisme zouden allemaal boven kunnen komen wanneer iemand een ‘Spiritual Emergency’ beleeft. Dit zijn namelijk kwesties die op persoonlijk gebied belangrijker worden wanneer je hogere niveaus van bewustzijn bereikt.

Veel mensen die in een ‘Spiritual Emergency’ terechtkomen, denken al op een postmodern niveau en vanuit meerdere perspectieven in tegenstelling tot het denken vanuit slechts één perspectief zoals bij schizofrenie.

Om één voorbeeld te noemen; mijn favoriete verhalen over zogenaamde ‘psychoses’ komen van voormalig atheïsten die zich opengesteld hebben voor verschillende perspectieven wanneer ze geraakt worden door een krachtige ‘Spiritual Emergency’.

Het lijkt erop dat we veel boeiende bewijzen hebben voor het feit dat des te positiever de ervaring van de ‘Spiritual Emergency’ is, hoe hoger het niveau van bewustzijn is.

Wat zouden de middelste, moderne niveaus van bewustzijn verbinden met het type psychose dat normaalgesproken wordt gediagnosticeerd als bipolaire manie?

Gebaseerd op mijn onderzoek zou ik zeggen dat de voornaamste karakteristiek van dit niveau bestaat uit verwarring.
Bipolair zijn is verwarrend om verschillende redenen.

Ten eerste heb je, zoals ik reeds benoemde, hoogstwaarschijnlijk een gemengde episode. Je hebt ervaringen van liefde die uitgedrukt worden in gevoelens van eenheid, tijdloosheid en een gevoel van alwetendheid om maar een paar voorbeelden te noemen.

Maar aan de andere kant kan het eveneens zeer beangstigend zijn aangezien veel mensen momenten ervaren van paranoia, zelfs hallucinaties, en regressies in trauma die behoorlijk pijnlijk kunnen zijn.

En dan zijn er natuurlijk de drugs die ook niet veel helpen. Bij de meeste bipolaire mensen zijn drugservaringen, vooral met marihuana en LSD, een trigger geweest voor hun eerste episode. Het kan daardoor voor jezelf en anderen moeilijk zijn een onderscheid te maken tussen de effecten van de drug en de psychose zelf.

Een andere bron van verwarring is eenvoudigweg de manier waarop mensen denken op deze niveaus van bewustzijn.
We evolueren namelijk van de magische, concrete, lagere niveaus van bewustzijn naar de symbolische, intuïtieve hogere niveaus van bewustzijn terwijl de middelste niveaus –vooral de moderne- vooral logisch en feitelijk zijn.

Het resultaat hiervan is dat iedere innerlijke ervaring waar we doorheen gaan ongeldig verklaard en ontkend wordt omdat deze niet gemeten kan worden.

Als je op het moderne niveau zit, zal iedereen je doen geloven dat je stoornis wordt veroorzaakt door een chemische onbalans ook al laat wetenschappelijk bewijs zien dat je biologisch volkomen normaal bent.

Op het traditionele niveau kunnen mensen je zien alsof je een moreel gebrek hebt; alsof God je straft voor iets dat je gedaan hebt.

Maar op welke manier dan ook zullen mensen in het midden van deze niveaus van bewustzijn – ongeacht hoe jij jezelf voelde met betrekking tot je ervaring –  samenwerken om je ervan te overtuigen dat deze ervaringen slecht zijn en maar beter vergeten kunnen worden. En als jij je in de middelste niveaus bevindt, zul je ze waarschijnlijk geloven.

Dus opnieuw vinden we een hoop fascinerende bewijzen dat een typische bipolaire psychose normaalgesproken past binnen de moderne en traditionele niveaus van bewustzijn. Met name omdat op dit punt van ontwikkeling, iedere spirituele ervaring waar we doorheen gaan, wordt ontkend. Eerst door de maatschappij, dan door onszelf.

Schizofrenie, bipolaire manie, ‘Spiritual Emergency’s’

Het spectrum van psychoses sluit naadloos aan op het spectrum van bewustzijn. Slechts het herkennen van deze relatie zou al een enorme stap voorwaarts kunnen betekenen voor zowel psychiatrie als psychologie.

Voor ik echter uitleg waarom dit zo is, moet ik nog één zeer belangrijke factor toevoegen aan ons model. Een factor die ons ook zal helpen begrijpen waarom het voor sommige mensen veel gemakkelijker is om van een psychose te herstellen dan voor anderen. Die ontbrekende factor is trauma.

Wanneer je in de oceaan duikt van je eigen ziel, helpt het om te weten wat er zich onder de oppervlakte bevindt. Misschien is dat water kristalhelder maar misschien zit het wel vol zeemonsters. Het is hoe dan ook altijd een heldenreis maar als je weet dat deze wateren vooral donker en gevaarlijk zijn, helpt het om te weten wat je eventueel te wachten staat.

Het is daarom bijzonder belangrijk enig idee te hebben van je eigen graad van levenstrauma alvorens je de sprong waagt.  Normaalgesproken denken mensen aan trauma als gevolg van kindermisbruik. Dit is veruit de meest beschadigende vorm van trauma die ik ben tegengekomen. Maar zoals ik besproken heb in mijn video’s over trauma, kan het in verassende vormen komen.

Ervaringen van elk moment in ons leven kunnen een sterk effect hebben; zoals bijvoorbeeld getuige zijn van een moord of in een vuurgevecht terechtkomen. Maar we kunnen ook beïnvloed zijn door traumatische gebeurtenissen waar we geen bewuste herinnering aan hebben zoals het resultaat zijn van een ongewenste zwangerschap.

Ongeacht de vorm die deze trauma’s kunnen aannemen, lijkt er een algemene regel te gelden die luidt dat hoe traumatischer je levenservaring was, des te moeilijker je ervaring aan de andere kant zal zijn.

Maar wanneer je eenmaal in de zogenaamde psychose zit, bestaat de geweldige mogelijkheid om de wonden te helen van die ervaringen in het leven die je liever vergeet of misschien zelfs compleet vergeten bent.

Alvorens heling plaats kan vinden, is er echter een valstrik; je zult het trauma eerst opnieuw moeten ervaren.

Dat is het moeilijke gedeelte. Want zolang dat zeemonster in het diepe zwemt, kun je hem niet waarnemen. Ook al is hij er altijd.

Om van hem af te komen, moet je hem naar de oppervlakte laten komen waar je hem bij daglicht in al zijn lelijkheid kunt zien en voelen. Het is door middel van dit proces van het toestaan van onze zeemonsters of trauma’s, dat we emotioneel en intellectueel compleet worden en ze uiteindelijk zullen verdwijnen.

Het goede nieuws van dit alles is dat tijdens de acute psychose het vaak mogelijk is jezelf te bevrijden van pijnlijke ervaringen die je jarenlang achtervolgd hebben. En dit kan plaatsvinden binnen een tijdsbestek van slechts enkele uren of zelfs minuten.

Het enige dat je hoeft te doen, is je emotioneel openstellen voor wat je van binnen voelt. Dit kan beangstigend zijn omdat sommige energieën die verbonden zijn aan deze trauma’s heel krachtig kunnen zijn. Het is voor mensen niet ongewoon om te huilen, te schreeuwen of zelfs black-outs te krijgen wanneer deze ervaringen bovenkomen.

Het is daarom voor veel mensen in deze situatie verleidelijk om het voelen van de emotionele pijn en de herinneringen die van binnen opkomen simpelweg te blokkeren. Bijvoorbeeld door harde muziek te draaien, non-stop te praten of zelfs de medicijnen te verdubbelen.

Om echte heling plaats te laten vinden, moet je echter loslaten.

Omdat trauma zo’n belangrijke factor is die meeweegt, heb ik het toegevoegd aan ons model. Zoals ik al zei; omdat alles gelijkwaardig aan elkaar is, geldt dat hoe meer trauma er in je zit, des te moeilijker en beangstigender je proces zal zijn.

Daarom relateer ik aan de linkerkant ernstig trauma aan veel angst en aan de rechterkant licht trauma aan weinig angst.

Als je mijn video over hallucinaties bekeken hebt, zul je zien dat ik eerder al een relatie gevonden heb tussen een grote hoeveelheid van trauma en schizofrenie.

Het zou niet als een verrassing moeten komen dat mensen aan het tegenovergestelde eind van het spectrum, – degenen die hele positieve, spirituele ervaringen hebben – zeer weinig moeilijke trauma’s hebben meegemaakt in hun levensgeschiedenis. Ze ervaren dus veel minder moeilijkheden in een psychose.

Ik ben ervan overtuigd dat er veel mensen zijn met een bipolaire stoornis die hun leven niet als bijzonder traumatisch beschouwen en dit kan inderdaad het geval zijn.

Er is echter nog één ander type van gevangen energie dat we in ons dragen en dat boven moet komen tijdens een typische manische psychose. Dat is de energie van onderdrukkingen.

Wanneer we van het ene eind van het spectrum van de realiteit – het feudale eerste niveau – bewegen naar het tweede perspectief – het traditionele niveau – leren we onze emoties te onderdrukken.

Zoals ik besproken heb in de voorgaande video’s, is het leren van het onderdrukken van emoties een belangrijke vaardigheid omdat het helpt om beter met anderen om te kunnen gaan.

Sommige mensen worden echter teveel onderdrukt waardoor ze zich voelen alsof ze nooit echt zichzelf kunnen zijn. Dit is de reden waarom ik de bipolaire stoornis ook wel de ‘Ik kan mezelf niet zijn!’-stoornis heb genoemd.

Gebaseerd op de mensen met wie ik gesproken heb, zou ik zeggen dat het onderdrukken van het ware zelf of de innerlijke spirit vaak een reden is waarom mensen in een psychose terechtkomen.

In tegenstelling tot iemand met zeer ernstige, diepe psychologische problemen die misschien een leven lang moeilijkheden had in relaties en contacten met anderen, zijn mensen met een bipolaire stoornis juist vaak precies het tegenovergestelde.

Beste van de klas, topstudent, populair en charismatisch. De verwachtingen waar ze aan moesten voldoen, werden hen misschien teveel of gaven niet echt weer wie ze in feite werkelijk zijn.

Dus tegenover de meer getraumatiseerde, lagere linkerkant van de hoek van ons model, zijn de mensen die gediagnosticeerd werden met een bipolaire stoornis, vaker terug te vinden aan de boven rechterkant; er is sprake van enig trauma maar ook van een behoorlijke hoeveelheid van emotionele onderdrukking.

Sommige van jullie zullen je nu afvragen; als mensen in de verre rechter bovenhoek van het model al een hoger niveau van bewustzijn bereikt hebben en minder trauma en onderdrukte emoties hebben om mee om te gaan dan anderen, waarom komen ze dan überhaupt in een psychose terecht?

Op het moderne niveau van bewustzijn, beginnen we onze eigen rationaliteit te bevragen. We beginnen met het opnieuw overdenken van onze eigen cultuur, ons religieuze geloof, culturele verplichtingen of zelfs bijgeloven die zijn overgebleven uit de lagere niveaus.

Op het postmoderne niveau beginnen we ons over ALLES vragen te stellen. We twijfelen zelfs aan ons eigen rationele verstand… Op de één of andere manier lijkt de wereld zich te openen en het gevoel van verbazing dat we als kind ervoeren, keert terug. Vooral als we beginnen te zien hoe onze eigen gedachten, gevoelens en gedragingen direct effect hebben op onze eigen realiteit of deze zelfs helpen creëren.

Om een betere wereld voor henzelf te creëren, worden mensen op het postmoderne niveau veel introspectiever. Ze vragen zich af wat de grenzen zijn van hun eigen bewustzijn om het te kunnen verbeteren.

Het resultaat is dat mensen die het postmoderne niveau benaderen, vaak op een enthousiaste manier zijn betrokken bij activiteiten die – of ze het nu zelf weten of niet – de weg plaveien naar het breken uit hun eigen ego of valse zelf. Hierop volgt mogelijk een zeer positieve, spirituele psychose of een ‘Spiritual Emergency’.

Betreffende activiteiten kunnen onder andere bestaan uit het volgen van intensieve zelfhulp seminars en spirituele retraites maar ook het lezen van een zeer inspirerend boek of verre reizen maken in het kader van ‘jezelf vinden’ kunnen triggers zijn.

Praktisch iedere hoog stimulerende, gedachte uitdagende activiteit kan deel uitmaken van de ego brekende triggers die je in een psychose doen belanden. (Inclusief het bekijken van video’s van BipolarOrWakingUp op youtube)

Trauma’s en onderdrukking spelen ook nog steeds een rol. Het geval is echter dat degenen die aan de rechter bovenkant van het model uitkomen, vaak in een psychose terechtgekomen zijn –per ‘toeval’-  door hun eigen pogingen om hun niveau van bewustzijn uit te breiden.

En dit brengt mij bij een zeer interessant aspect van dit model. Gebaseerd op de mensen met wie ik gesproken heb, komt het mij voor dat wanneer het gaat om levensomstandigheden of triggers die ten grondslag liggen aan een eerste psychose, de mensen aan de rechter bovenkant van het spectrum normaalgesproken veel triggers hebben terwijl degenen aan de linker onderkant er maar weinig of zelfs maar één hebben.

Een typische bovenrechtse, bipolaire psychose kan bijvoorbeeld te maken hebben met een verhuizing om te gaan studeren. De combinatie van een nieuwe school en een nieuwe stad, ver weg zijn van familie en oude vrienden, geïntroduceerd worden aan nieuwe ideeën en misschien het zien van je cijfers die kelderen plus het roken van veel marihuana. Deze combinatie van triggers kan in vrijwel iedereen een psychose initiëren.

Aan de andere kant kan iemand die duivels hallucineert op de leeftijd van 14 of 15 zich misschien helemaal geen specifieke triggers herinneren die zijn eerste episode veroorzaakten. Het is de ernst van het trauma dat ze meegemaakt hebben dat voornamelijk verantwoordelijk is voor hun eerste episode.

Het is een lange maar bevredigende reis geweest want ik denk dat ik een redelijk duidelijk antwoord heb gekregen op mijn vraag. Zoals gezegd, begon ik met het zoeken naar het verschil tussen een spirituele ontwaking en een bipolaire stoornis.

Maar toen ik me realiseerde dat er feitelijk geen definitieve scheiding bestaat tussen een spirituele ontwaking of ‘Spiritual Emergency’, bipolaire stoornis en schizofrenie vroeg ik:  wat zijn de hoofdfactoren die bij iemand zouden kunnen leiden tot een meer positieve, negatieve of gemengde episode? En die hoofdfactoren bleken bewustzijn & trauma te zijn.

Nu we dit weten, kunnen we het spectrum van psychoses op een hele nieuwe manier gaan bekijken. Het is belangrijk je te herinneren dat volgens de psychiatrie alle episodes van een acute psychose met medicijnen behandeld moeten worden. De meeste mensen slikken hun leven lang medicijnen. En zelfs onder de meest open-minded psychiaters en psychologen is er een oprechte frustratie vanwege de onmogelijkheid een heldere spirituele ervaring te onderscheiden van waanzin.

Maar ons model laat zien dat er nooit een helder diagnostisch criterium zal zijn om de ene ervaring van de andere te scheiden. In plaats van naar deze ervaringen in zwart / wit termen van spiritualiteit of waanzin te kijken, kunnen we nu iemands waarschijnlijkheid tot heling inschatten op basis van ons model.

Wat we hier vinden, is dat er voor mensen die de rechterbovenkant benaderen, er een hoge waarschijnlijkheid bestaat tot heling en zelfs de mogelijkheid van spirituele doorbraken.

De mensen aan de lagere linkerkant met veelal beangstigende, traumatische ervaringen, neigen ertoe een lagere waarschijnlijkheid te hebben geheeld te worden omdat het voor deze mensen veel moeilijker is om zich bezig te houden met het materiaal waar ze mee geconfronteerd worden.

Mensen die gelabeld zijn met een bipolaire stoornis en die meestal gemengde episodes hebben van liefde en angst, vallen zoals gewoonlijk ergens in het midden.

Voor deze mensen kan de waarschijnlijkheid tot heling goed zijn mits ze voorzien worden van de juiste kennis en ondersteuning die noodzakelijk zijn om door hun processen heen te werken.

Waar je jezelf ook terugvindt in dit model; iedere acute psychose heeft op zijn minst de potentie in zich om te transformeren tot een spirituele, helende ervaring.



De Rol van je Mensbeeld bij het al dan niet accepteren van Psychofarmaca als werkelijke oplossing

Laatst kwam ik in aanraking met een weblog van Carice de Wildt. Zij geeft op haar site te kennen dat ze zich erg herkent in de visie die ook verkondigd is in de media (Pauw en Witteman) door cabaretier Mike Boddé en verwoord in zijn veelzeggende boek ‘Pil‘.

Op haar site heb ik gereageerd door vooral te beschrijven dat je houding ten opzichte van het gebruik van psychofarmaca wel eens sterk zou kunnen afhangen van je mensbeeld en je houding in de lichaam-geest discussie. Hieronder volgt de reactie die ik op 22 maart 2010 daar heb geschreven:

“De houding die je hebt ten opzichte van medicijnen hangt sterk af van het mensbeeld waar je jezelf lekker bij voelt, en dan vooral de rol die je toebedeelt aan je hersenen danwel je geestkracht.

Zo zijn er mensen die geloven dat je met je geest bergen kunt verzetten. Binnen deze visie reageren hersenen eerder op je gedachten en je manier van denken. De oorzakelijke factor is dan de manier waarop je in het leven staat; hoe je omgaat met problemen, angsten, gevoelens e.d.

Binnen deze kijk is het nogal vreemd om langdurig hersenbeïnvloedende middelen te gebruiken omdat je dan niet de werkelijke oorzaak aanpakt. Je past dan als het ware de helderheid van de TV aan, terwijl je afblijft van het zendende station zelf (zie https://psychoseanders.wordpress.com/2009/02/21/hersenen-en-de-tv-metafoor/).

Binnen deze opvatting over de relatie geest-hersenen is het zinvoller om je geestkracht te sterken waardoor je hersenen als vanzelf zullen reageren.

Er zijn echter ook veel mensen die geneigd zijn om te denken dat het bewustzijn vooral voortkomt uit hersenactiviteit. Dat de geest eigenlijk niets meer is dan de warme damp die opstijgt uit een bord spaghetti (=de hersenen).

Binnen deze visie zijn de hersenen oorzakelijk en is het niet meer dan logisch om hersenbeïnvloedende producten te nemen omdat je dan immers de oorzaak zou aanpakken: andere hersenactiviteit leidt tot een andere geestesstaat. Het probleem is niet zozeer je manier van denken of de manier waarop je omgaat met stress, angsten e.d., maar het werkelijke probleem zit in een verkeerde hersenhuishouding.

Momenteel regeert binnen de psychiatrie vooral het medische model, in die zin dat het tweede mensbeeld stilzwijgend wordt aangenomen als werkelijk. Mensen die psychotisch raken (of manisch of depressief) wordt al snel verteld dat hun gedrag het gevolg is van bepaalde hersenstoffen (neurotransmitters) die niet goed werken of niet voldoende worden aangemaakt of juist teveel en dat dat via chemische middelen kan worden gewijzigd.

Wat ik persoonlijk als een nadeel zie van deze benadering is dat mensen die toch al tijdelijk geestelijk zwakker zijn op het moment eigenlijk in verkapte termen te horen krijgen dat het niet zozeer hun manier van denken of hun manier van omgaan met problemen, gevoelens van schuld, schaamte, leegte is die de oorzaak is, maar een chemische fout in de hersenen.

De impliciete boodschap hierbij is: eigenlijk kun je er zelf niet veel aan doen. Je kunt je geest sterken zoveel als je wilt, je kunt zoveel mogelijk zelfgenezend vermogen activeren als je wilt: het heeft eigenlijk geen zin, want de werkelijke oorzaak zit in je lichaam en dat is leidend. De vergelijking met suikerziekte is dan ook typerend voor deze houding.

Momenteel is er ook een beweging gaande in de wetenschap die onderzoekt hoever de invloed van de geest kan reiken. Zij vinden steeds meer argumenten voor het idee dat de geest sterke invloed kan uitoefenen en dan niet alleen op quantumniveau, maar dat het ook – mits goed ontwikkeld – in staat is biologische genezingsprocessen te versnellen. Er ontstaan zelfs geluiden die beweren dat we met onze geest bepaalde delen van ons DNA zouden kunnen activeren.

Ik zou iedereen die geïnteresseerd is in de mogelijkheid om via het trainen van je geest- en hartkracht gezond te worden,  willen aanraden een blik te werpen op de site Psychose Anders.”

De Mythe van de Chemische Onbalans in de Hersenen

Éen van de doelen van het Psychose Anders project is het verschaffen van informatie die mensen meer vertrouwen kan bieden in het activeren van hun eigen zelfherstellend vermogen.  In de onderstaande bijdrage van Sharon kunnen we meer achtergronden lezen met betrekking tot het binnen de psychiatrie populaire idee dat er sprake zou zijn van een biochemische onbalans in de hersenen bij mensen met schizofrenie, een bipolaire stoornis, depressie etc.

Het zou zo maar eens kunnen zijn dat deze hele theorie vooral niet veel meer is dan een theorie, en dan bovendien een vrij speculatieve ook. Veel wijsheid met het volgende deel uit het boek ‘Your Drug May be your Problem’ van Peter Breggin en David Cohen. Vergeet ook niet de noot van de vertaler onderaan het artikel!

KUNNEN WE TESTEN OP BIOCHEMISCHE ONBALANS?

Vanwege ethische en legale beperkingen, kunnen onderzoekers geen studies uitvoeren waarvan zeker is dat ze hersenbeschadiging veroorzaken bij menselijke proefpersonen. Het is hen bijvoorbeeld niet toegestaan elektronen te implanteren of om minutieuze hoeveelheden drugs in het hersenweefsel van levende patiënten te injecteren om de effecten van experimentele drugs te testen.

Omdat er geen andere manier is om het te doen, wordt het basis biochemisch onderzoek met betrekking tot drugeffecten eerder uitgevoerd op dieren dan op mensen. De meeste informatie over het biochemische effect van een psychiatrische drug wordt afgeleid uit het uitvoeren van testen op levende dierenhersenen of, vaker, door het doden van de dieren om hun hersenweefsel te kunnen onderzoeken na blootstelling aan drugs.

Bovendien mankeert er bijna nooit iets aan de dieren; de medicijneffecten worden bestudeerd in gezonde zoogdieren hersenen.

Kortom, wanneer onderzoekers uitleggen hoe een psychiatrisch medicijn zoals Prozac of lithium de biochemie van het menselijk brein beïnvloedt, baseren zij dit bijna volledig op dierenonderzoek dat uitgevoerd is op normale zoogdieren hersenen in plaats van op studies bij mensen met veronderstelde biochemische onbalansen in hun hersenen!

Het concept van biochemische onbalans in mensen die gediagnosticeerd zijn met depressie, angst of andere ‘stoornissen’ blijft enorm speculatief en zelfs verdacht.

Hoewel we uitvoerige redenen hebben te twijfelen aan de betrouwbaarheid van dit concept, is er op dit moment geen manier de betrouwbaarheid hiervan te bewijzen. In het bijzonder ontbreekt het ons aan technische capaciteit om biochemische concentraties te meten in de synapsen tussen zenuwcellen. Hoewel medicatieadvocaten vaak spreken met ogenschijnlijk vertrouwen over hoe psychiatrische drugs biochemische onbalans in het brein herstelt, zijn ze vooral bezig met pure speculatie of ze gebruiken een manier van spreken waarvan ze weten dat het zal resoneren bij hun publiek.

Er is weinig bewijs voor het bestaan van één van zulke onbalansen en absoluut geen manier om te demonstreren hoe de drugs hierop invloed hebben als ze wel zouden bestaan.

ZE VEROORZAKEN EERDER BIOCHEMISCHE ONBALANSEN DAN DAT ZE ZE GENEZEN

Zoals bevestigd in dierenonderzoek, hebben alle psychiatrische medicijnen een direct effect op de normale chemie van de hersenen door deze te verstoren. Van Ritalin bijvoorbeeld, is bekend dat het overactiviteit produceert in drie van de neurotransmittersystemen van het brein: dopamine, norepinephrine en serotonine.

Maar, het feit dat een drug de hersencelactiviteit verhoogt, impliceert in geen geval dat het de gedragsactiviteit verhoogt.

In het geval van stimulanten zoals Ritalin of amfetamine, zijn de effecten op mensen zeer gecompliceerd, variabel zelfs in dezelfde gebruiker op verschillende tijden en soms inconsistent. Vaak temperen of verdoven ze degenen die ze innemen, wat hen meer gedwee en beheersbaar maakt. Dit is precies waarom ze worden gebruikt bij het behandelen van gedragsproblemen bij kinderen.

Maar op andere momenten, produceren stimulanten tegenovergestelde effecten die sommige kinderen en volwassenen hyperactief en impulsief maakt.

Prozac, Zoloft, Paxil (=Seroxat)  en Luvox (=Fevarin) produceren hyperactiviteit in het serotonine systeem; maar aangezien serotoninezenuwen zich uitstrekken door het gehele brein, zijn de effecten wijdverspreid en hebben uiteindelijk betrekking op andere neurotransmittersystemen zoals dopamine.

De lichtere tranquillizers zoals Xanax, Valium, Klonopin en Ativan produceren hyperactiviteit in weer een ander neurotransmittersysteem, GABA; maar GABA activatie genereert / produceert een onderdrukkend effect op het algeheel functioneren van de hersenen.

Het is belangrijk om dit in gedachten te houden: het brein wordt altijd beschadigd door psychiatrische medicijnen. Als een drug sterk genoeg is om een verondersteld positief effect te hebben, dan verstoort het de normale breinfunctie.

Hoewel deze conclusie controversieel mag lijken, wordt dit ondersteund door gezond verstand en een enorme hoeveelheid wetenschappelijk onderzoek dat tot in detail de biochemische onbalans in het brein beschrijft dat gecreëerd wordt door het gebruik van psychiatrische medicatie.

Deze door drugs geïnduceerde biochemische onbalansen veroorzaken gewoonlijk psychiatrische stoornissen in de routinematige psychiatrische praktijk. Een stuitend voorbeeld van hoe ver onderzoekers kunnen gaan om schade veroorzaakt door psychotropische drugs te ontkennen, wordt geïllustreerd door een rapport waarin onderzoekers gliosis aantroffen – littekenweefsel rondom neuronen dat een kenmerk is van celdood en degeneratie – in gezonde resusaapjes nadat ze antipsychotica kregen toegediend.

De onderzoekers stelden desalniettemin dat gliosis ‘voordelig zou kunnen zijn voor de cordiale functie ondanks de negatieve connotatie van de term ‘gliosis’ door de lang gevestigde associatie met neurondegeneratieve processen’!
(pp.51-53)

Er is al eerder een stuk vertaald uit dit boek. Dat deel kun je vinden in het artikel ‘Je Medicijnen kunnen je probleem zijn: beslis zelf‘. Het boek heeft een volledig herziene druk gehad in 2007 en is bestelbaar bij de betere boekhandel (of gewoon op internet).

Noot van de vertaler;

Bijna acht jaar geleden werd ik voorzien van een psychiatrisch stigma waarvan ik tot dat moment nog nooit gehoord had.  Vanwege het feit dat ik een gedwongen opname, gedwongen medicatie en eenzame opsluiting in een isoleercel had moeten ‘ondergaan’ voelde ik mij alsof mijn menswaardigheid van me af genomen was. Ik was het rijk der geesteszieken binnengetreden.

Geduldig werd mij uitgelegd dat ik een aangeboren, chemische onbalans in mijn hersenen had. Ondanks dat ik op dat moment volledig gedrogeerd was door de onder dwang geïnjecteerde anti-psychotica, voelde ik mij afglijden tot een soort inferieur wezen.

Ik was van een getalenteerde, intelligente en maatschappelijk succesvolle vrouw plotseling afgegleden tot iemand bij wie ‘een steekje los’ zat. Vervolgens werd mij verteld dat er gelukkig een middel tegen bestond; als ik dit medicijn de rest van mijn leven zou slikken, zou de onbalans in mijn hersenen weer in balans komen.

Het middel had wat minimale bijwerkingen zei men maar als ik iedere 3 maanden mijn bloedspiegel liet controleren, was er niets aan de hand. Ik zou in mijn dagelijks leven absoluut geen enkel effect ondervinden van het medicijn behalve dat ik misschien wat vaker dorst zou hebben en misschien wat in gewicht zou aankomen. Ook had dit medicijn geen enkel schadelijk effect op de lange termijn.

Zoals iedereen het met de paplepel krijgt ingegoten, geloofde ik de ‘dokter’ op zijn woord.

Tot…. Een jaar geleden.

Een jaar geleden ben ik begonnen met een fanatiek onderzoek naar mijn eigen Waarheid. Na wat speurwerk in diverse boeken en op internet, kwam ik erachter dat ik altijd wel erg gemakkelijk alles ter kennisgeving aangenomen had wat bijvoorbeeld in de reguliere media wordt voorgeschoteld.

Uiteindelijk kwam ik als vanzelf uit bij de vraag; ‘En hoe zit het dan met mijn veronderstelde geestesziekte?’

Google-zoekopdrachten maakten mij echter neerslachtig en verdrietig. Zonder uitzondering resulteerden deze zoekopdrachten in ongeveer deze bewoordingen; ‘deze ziekte is niet te genezen maar de symptomen kunnen beheersbaar gemaakt worden door het gebruik van (vaak levenslange) medicatie. Het is belangrijk dat de patiënt inzicht krijgt in de symptomen door bijvoorbeeld psycho-educatie en ook dient de levenswijze aangepast te worden’

Pas veel later realiseerde ik me dat de meeste websites die ik destijds bezocht, gesponsord worden door de grote farmaceutische bedrijven (zie bijv. Helemaal te gek te gek!)

Momenteel gebruik ik nog steeds psychiatrische medicijnen maar heb ik deze (zeer geleidelijk) succesvol tot de helft afgebouwd.

Aanvulling 7 april 2011: Depression is NOT a chemical Inbalance in your brain.