Paranoia is soms zo Gek nog Niet – Gedachten over de paranoïde Psychose

Een psychose kan verschillende gezichten hebben. Eén van de uitingsvormen van een bewustzijn dat de controle gedeeltelijk is kwijtgeraakt kan zijn het denken van paranoïde gedachten. In dit artikel wordt stilgestaan bij de vraag hoe het komt dat een bewustzijn dat overspoeld wordt door een lawine aan als ongewenst gelabelde informatie gevoelig kan worden voor paranoia.

In mijn handwoordenboek van Dale (uit 1994) staat een bruikbare definitie van paranoia:

<de ~(v.); – noïde;  noïcus> <med.> 0.1 geestesziekte, gekenmerkt door waanideeën over intenties van anderen => achtervolgingswaanzin.

Binnen het kader van deze ‘Psychose Anders’-benadering wordt verondersteld dat veel psychoses worden veroorzaakt doordat het bewustzijn wordt overspoeld met een overmate aan veelal ongewilde of onaangename gedachten/prikkels uit het onbewuste.

Onder normale omstandigheden is het wakende bewustzijn redelijk in staat om de informatie uit het onbewuste buiten de poort te houden (niet dat dat nou zo’n verstandige houding is overigens). Dit leidt ertoe dat je je aardig kunt identificeren met wat er in je bewustzijn aanwezig is: je bent eigenlijk grotendeels je wakende bewustzijn.

Als de thematiek die je niet onder ogen wilt komen echter té groot wordt dan kan er een punt komen dat je niet langer kunt vluchten. En dan komt het grote punt: kies je ervoor om je te openen voor de confronterende, mogelijk schaamtevolle, schuldrijke, onprettige gedachten die uit je onbewuste schreeuwen om je aandacht, of blijf je volharden in je weigering het onder ogen te komen.

In het eerste geval zou je een redelijke kans hebben dat je de informatie – ook al is het vaak pijnlijk en hard – wel kunt toelaten in je bewustzijn en het een plek kunt geven waardoor de ‘brandende’ delen van het onbewuste kunnen afkoelen: de boodschap is immers geïntegreerd waardoor het onbewuste kan stoppen met om aandacht vragen.

In het tweede geval waarin je om wat voor reden dan ook weigert de onderwerpen onder ogen te komen zet het onbewuste een slotoffensief in die er toe kan leiden dat je normale wakende bewustzijn wordt overmeesterd met een brei aan beelden, gedachten en emoties.

Omdat het onbewuste er ook niet bij gebaat is om het bewustzijn volledig uit te schakelen zal het bewustzijn steeds weer terugkrabbelen. Het ligt dan aan de koppigheid van het bewustzijn tijdens die ‘eilanden van helderheid’  of het bereid is nu wél de informatie te integreren óf dat het blijft wegvluchten van de thema’s die worden opgedrongen.

Je kunt je voorstellen dat een bewustzijn dat zó in strijd is met allerlei angstige of onprettige gedachten uit het onbewuste het niet makkelijk heeft. Het voelt zich continu aangevallen door ongewenste krachten en functioneert daarbij zelf ook steeds op een laag pitje. In zo’n dergelijke situatie is het bewustzijn zeer zwak en is begrijpelijk doodsbang voor al die informatie die het niet onder ogen wil komen.

Tijdens zo’n kolossale innerlijke strijd heeft het bewustzijn al bijna al zijn aandacht nodig om het hoofd boven water te houden, waardoor het gewoonweg weinig aandacht of energie over heeft voor het zorgvuldig verwerken van informatie van buitenaf. In principe is namelijk alles bedreigend. Angst voert de boventoon.

Vanuit dit perspectief bezien is het helemaal niet zo verwonderlijk dat mensen paranoïde worden tijdens zo’n periode waarin hun bewustzijn zo wordt aangevallen (door een overigens goedbedoelend onderbewuste). Het is eigenlijk een uitermate logische reactie om te kunnen overleven: beter helemaal niks meer vertrouwen dan het risico lopen nóg minder grip op de werkelijkheid te krijgen.

Het lijkt mij dan ook niet zo constructief om dit verstandige survivalmechanisme te gebruiken als ‘symptoom’ van een ernstige psychiatrische stoornis, de paranoïde psychose die wel eens zou kunnen horen bij de verschrikkelijke doemdiagnose ‘paranoïde schizofrenie’.

Een meer gewenste benadering zou er uit kunnen bestaan begrip te tonen voor de neiging van het wankelende, angstige bewustzijn om alles in principe te wantrouwen.

De vraag blijft dan natuurlijk wel: wat kun je doen om dat angstige bewustzijn zover te krijgen dat het zijn weerstand opgeeft en begint te vertrouwen dat het er beter op wordt door de ogen te openen voor de werkelijkheid die het onbewuste in al haar goedbedoelde chaotische knulligheid probeert aan te bieden.

Ook hier zou weer dat principe gelden dat de verwarring activerende inhoud niet gevreesd dient te worden als ware het een verslindende demon, maar dat het liefdevol omarmt zou dienen te worden. Liefdevol zodat er een einde gemaakt kan worden aan een ziekmakende innerlijke verscheuring.

Door het bewustzijn het vertrouwen te geven dat een liefdevolle benadering ten opzichte van haar eigen onbewuste inhoud uiteindelijk de ultieme weg is naar heelwording. Alles wat het bewustzijn stimuleert om angstig te blijven – dan wel voor de psychose, dan wel voor de ongewenste informatie – zal vanuit deze kijk dan ook averechts werken.

Het chronisch gebruik van anti-psychotica is dan ook vanuit deze kijk een dagelijkse bevestiging aan jezelf dat je innerlijk niet te vertrouwen is: dat er een monster leeft van binnen dat alleen via geestdempende medicatie onder bedwang gehouden kan worden.

Het kan ook zeer aantrekkelijk zijn voor mensen om de reguliere visie op de (paranoïde) psychose in stand te houden omdat het het bewustzijn steunt in haar strijd tegen de ongewenste/onverwerkte thematiek die het onbewuste zal blijven proberen aan te reiken in haar oneindig verlangen om heelheid te bereiken tussen haarzelf en het bewustzijn.

(zie hiervoor ook: psychose, vriend in vermommingSecundaire Ziektewinst)

3 Reacties

  1. Waar vind je hulp? Het parket weigert hulp

    Passen wetens willens die wet ter bescherming van geesteszieken toe. Alhoewel ze beter weten. Het zijn maar mensen , maar reageren zelfs niet menselijk. De moeder van een schizofreen.

    Wordt zelfs niet ziek geschreven, verarmt aan proceduren.
    De moeder van een zieke

    t

    • Beste Celestine,

      Bedankt voor je bijdrage, alleen begrijp ik je bericht niet helemaal. Wat is eigenlijk ‘het parket’ (ik als Nederlander ben niet bekend met die organisatie)?

      Is het zo dat je geen toegang hebt tot je zoon/dochter?

      Wat bedoel je met ‘Verarmt aan procedures’?

      Groeten,
      Psychoseanders

  2. Joost, je beschrijft in dit artikel de psychose als een soort strijd tussen onderbewuste en bewuste. Niet duidelijk is ‘aan wiens kant je staat’? Die van het onderbewuste of het bewuste? Wie moet ‘winnen’?

    Zoals ik het ervaar is het niet zozeer een strijd binnen een ‘organisme’ (of ‘systeem’, of persoon, hoe we het ook noemen), maar meer een poging van het geheel om zichzelf te genezen. Een poging tot transformatie (zoals Sean Blackwell het noemt, zie ook zijn youtube filmples).
    Met kracht komen inzichten, beelden, onverwerkte traumatische ervaringen omhoog vanuit het onderbewuste. Ze vragen erom verwerkt en geheeld en geïntegreerd te worden.
    Het onderbewuste en het bewuste zijn dan niet elkaars vijanden die elkaar bestrijden, maar beiden deel van één (zelfgenezend) geheel. Daarom vind ik een liefdevolle, geduldige en respectvolle opvang van mensen die in een psychose zitten ook zo belangrijk. Geef de persoon (‘het systeem’ ofwel lichaam en geest) de kans om tot rust te komen en de gevoelens die gevoeld willen (moeten) worden de kans om tot uiting en doorleefd te worden en de ‘crisis’ (psychose) lost zich op. En de persoon kan verder, als het goed is, met meer kracht, zelfinzicht, en helderheid dan voorheen. (Helaas gebeurt dit niet vaak en wordt de persoon lamgelegd door sterke medicatie en gekwetst, beschadigd door de vaak harde bejegening binnen de psychiatrische setting).

    Paranoia, zoals ik het zie, kan heel goed zoals je beschrijft, een gevolg of aspect zijn van de situatie waarin de persoon zich tijdens de psychose bevindt.
    Het kan ook zijn – dit zie ik in mezelf terug en ook bij anderen die psychoses hadden – dat de persoon in zijn of haar jeugd veel ervaringen opdeed met b.v. ten onrechte bekritiseerd of aangevallen worden. Het kind kreeg al vroeg de indruk ‘ze zijn er op uit om mij te pakken’. Mijn indruk is dat dat soort ‘overtuigingen’ in het dagelijkse ‘ normale’ bestaan van de persoon wel onder de oppervlakte blijven en dat de persoon in staat is om heftige reacties in dit kader om te buigen, aan te passen of te onderdrukken. In de psychose echter komen deze overtuigingen voluit, en soms in een verwrongen uiting, naar buiten. De persoon verbergt deze normaal dieper gelegen gedachten en gevoelens van ‘ze moeten mij hebben’ niet meer. Kan het ook niet meer doordat alles tegelijk zo heftig is.

Plaats een reactie